We kunnen er heel eerlijk over zijn, eetstoornisherstel voelt vaak ronduit oneerlijk. Je doet iets ongelooflijks goeds en sterks, je gaat iets heel moeilijks aan. Maar dat voelt allesbehalve dat. Het voelt niet sterk, maar slap. Het voelt niet goed, vaak voel je je juist slechter dan ervoor. Dat het slecht voelt, is dus goed, volg je het nog?
Eetstoornisherstel is als een weg waar je op begint te lopen. Je bent omgekeerd van die doodlopende en destructieve weg en je bent duidelijk een andere weg ingeslagen. Heel in de verte zie je een plek waar je naartoe wilt. Naar een eetstoornisvrij leven, met minder angsten. Naar een realistischer zelfbeeld, naar meer ontspanning en meer focus op wat belangrijk voor je is. Wat het voor jou ook is, je hebt inmiddels door dat het mogelijk is. Je wilt ernaartoe, vandaag nog! Je ziet het liggen, steeds scherper en duidelijker. Ja, dat is wat je wilt voor jezelf.
Bron: jasmine_waheed
Je begin te lopen en aanvankelijk is het prima. Je wilt dit, je bent gemotiveerd, de zon schijnt en het wordt allemaal anders. Het wordt allemaal beter. Maar naarmate je loopt zakt dat gevoel. Het waait ineens harder, de weg blijkt schuin omhoog te lopen en dat is toch best pittig en het begint ook nog te regenen. Je ziet nog steeds dat eindpunt, maar het lijkt soms eerder verder weg te liggen dan dat het dichterbij komt. Je moet kuilen door en heuvels weer op, die je eerder niet kon zien. Het wordt eerst een stuk zwaarder, een stuk moeilijker en weerbarstiger, voordat het beter wordt. Tenminste, dat hoop je, die garantie heb je eigenlijk niet eens…
Niet zo gek als je twijfelt. Niet gek als het oneerlijk voelt en je soms alle moed verliest. Het is namelijk knap lastig om die moeilijke momenten te zien als bewijs dat je op het goede pad zit. Maar bewijs is het wel degelijk!
Je lichaam verandert, dat is moeilijk
Je bent misschien gestopt met afvallen, of je probeert die wens om af te vallen los te laten en je dagelijks leven niet meer te laten beïnvloeden. Je komt aan of je schommelt in gewicht. Je lichaam kan tijdens eetstoornisherstel simpelweg gaan veranderen. En vaak is dat ook nodig voor je gezondheid, zowel lichamelijk als geestelijk. Waarschijnlijk weet je dit verstandelijk ontzettend goed, maar dat betekent niet dat het makkelijk is. De eetstoornis maakte je niet gelukkig, maar maskeerde misschien wel een ontevreden gevoel over je lichaam. En daar moet je nu in één klap mee dealen.
Nu ga je het aan, je rent er niet meer voor weg. De onzekerheid waar je jezelf met honger van probeerde af te leiden. De walging die je weg wilde eten. Je probeert er nu op een andere, gezondere manier mee om te gaan en dat kan in het begin best onbevredigend zijn. Dat kan pijn doen, juist omdat je er nu niet meer voor vlucht.
Je eetpatroon verandert, dat voelt eng
Je zet de smoesjes niet meer in, laat niets meer stiekem weg en verstopt geen snoeppapiertjes meer. Je gebruikt geen excuses meer om onder het eten uit te komen en spaart geen calorieën op voor dat feestje van komende week. Al die gewoontes die eerder veiligheid en comfort gaven, probeer je te veranderen. Dat vergt moed, lef en doorzettingsvermogen, want weinig dingen zijn zo moeilijk als het veranderen van oud, gewend gedrag. Je verdient beter en je wilt die angsten niet meenemen naar de toekomst, maar dat is wel precies waardoor je vandaag in volle vaart tegen die angsten aanloopt.
Dat wat je ontweek, dat wat je misschien nooit ‘echt’ hebt gedaan, doe je nu wel. Voor het eerst echt volwaardig eten. Niet een dagje, maar een langere tijd. Voor het eerst extra eten, bovenop je eetlijst, omdat je honger hebt en ernaar wilt luisteren. Voor het eerst naar dat restaurant en eten zoals je gezelschap dat ook doet. Dat zijn momenten om ongelooflijk trots op te zijn, maar waarbij je je misschien niet zo onoverwinnelijk voelt als je zou willen.
De twijfel, de angst, de kritische stem in je hoofd, ze zullen misschien wel harder aan je trekken dan ooit tevoren. Er is helaas ook niets wat het op dat moment makkelijker kan maken, behalve beseffen dat dit een essentieel onderdeel is van het proces. Je voelt dit, dus je doet het goed.
Je praat, dat voelt slecht
Praten zou toch helpen? Open zijn, je kwetsbaar opstellen, dat is toch een kracht? Praten is toch nodig om te herstellen en om je beter te voelen? Waarom zit ik dan liever de hele zomer met de gordijnen dicht en voel ik me allesbehalve opgelucht?
Misschien juist omdat je niet alleen naar anderen, maar vooral naar jezelf nu zo eerlijk bent? Praten is belangrijk om iets te kunnen veranderen en het echt beet te kunnen pakken, maar dat is wel confronterend. Praten maakt het echt, woorden maken het echt. Je kan er niet langer omheen en het is helemaal niet gek als dat pijn doet. Pijn die je eerder wilde verdoven of weglachen, daar ga je nu doorheen. Om iets los te kunnen laten, zul je het eerst vast moeten pakken. En dat voelt – hoe oneerlijk ook – eerst slechter. Want die beschermingsmechanismen werkten niet voor niets zo goed. Die hebben een functie en tegelijkertijd heb je ze ook niet langer nodig. Je mag het loslaten, je mag erover praten en ook al voelt het alsof het alles eerst erger maakt; het zet waarschijnlijk juist nu de nodige deuren open.
Uitdagingen worden normaal, dat voelt onwennig
Uitdagingen aangaan en voor het eerst nieuwe dingen proberen, is een heel belangrijk proces. Maar daarna komt ook een heel belangrijk en fundamenteel proces: die uitdagingen blijven herhalen. Dat is misschien wel veel enger?
Het is minder ‘bijzonder’, maar voor jezelf voelt het misschien juist steeds groter, steeds enger. Die ene keer voelt het groots, goed en soms zelfs als een overwinning. Je betrekt je omgeving erbij en de mensen zijn trots. Jij bent misschien zelfs even trots. De keren erna is de grootsheid en de overwinning van het moment verdwenen, maar is jouw gevoel hetzelfde. Het is nog steeds eng en je moet het toch blijven herhalen. Het is nog steeds onwennig en je kan er toch echt niet te makkelijk over denken of een keertje skippen, want dan wordt het nóóit normaal.
De rest lijkt het inmiddels normaal te vinden, je wil zelf ook gewoon mee kunnen doen, maar zo voelt het allemaal nog niet. Dat kan bitterzoet zijn. Je bent echt in een duidelijk andere fase, je bent verder. Maar misschien voelt dat nu niet zo goed en niet zo sterk. Voelt het zelfs ingewikkelder – en dat mag.
Je gaat graven, dus je komt dingen tegen
De kern van dit verhaal is vooral dat wanneer je gaat graven en wanneer je dingen opengooit, je heel vervelende dingen tegen kan komen. De pijn, het verdriet, de onzekerheid, het trauma. Alles wat je wegstopte en kon camoufleren met een eetstoornis, ligt open en bloot op tafel. Had je er dan maar niet aan moeten komen? Dat denk ik niet.
‘Je zult eerst door de stront moeten, om het leven te krijgen dat je wilt’, zei een behandelaar mij ooit. Er niet aankomen is een optie, maar dan blijft alles zoals het is. Inclusief de overtuigingen, de negatieve gevoelens en de vaak ongezonde copingmechanismen. Het aanraken is enorm pijnlijk en ja, het gaat eerst misschien slechter, maar je bent wel degelijk op de goede weg. Je gaat erdoorheen, door die stront, juist om het erna niet meer te hoeven doen. Juist om te helen, om te voelen wat nodig is om te voelen, zodat je het niet nóg langer met je mee hoeft te dragen.
Deze blog kwam oorspronkelijk online in 2021
Kom bij Proud2Bme gratis en anoniem in contact met lotgenoten, ervaringsdeskundigen, psychologen en dietisten. Op ons forum kun je jouw verhaal delen en/of vragen stellen. Ook kan je dagelijks met ons chatten (de agenda vind je hier). Wij staan voor je klaar.
Geef een reactie