2019. Wat. Een. Jaar. Afgelopen week hoorde ik de uitspraak: “Iedereen zegt dat wanneer alles kut is, het morgen vast weer beter wordt. Maar morgen kan net zo goed nog erger zijn.” Toen ik eind 2018 voor het eerst in jaren best wel kon genieten van de feestdagen, had ik niet verwacht dat het komende jaar zo intens uitdagend zou worden. Dat werd het wel. Het was één grote rollercoaster. Ergens maakt me dat boos. Na al die jaren strijden had het ook wel eens klaar mogen zijn. Had ik graag willen genieten en hoopvol vooruit willen kijken. In plaats daarvan kreeg ik nog een klap in mijn gezicht. Zo’n klap die je knock-out slaat. Man, dit had ik allemaal écht niet aan zien komen.
2019 was het jaar waarin ik nare dromen kreeg. Het jaar waarin er plotseling overdag herinneringen voor mijn ogen flitsten. Het duurde een poos voordat ik er naar kon kijken en mezelf serieus durfde te nemen, maar er kwam een punt waarop ik niet meer anders kon. De lijm waarmee ik mezelf zolang bij elkaar had gehouden, kon het niet meer aan. Ik brak in stukken uit elkaar en een stroom van verdriet, wanhoop en angstige woede kwam tevoorschijn.
Soms wil ik het uitschreeuwen, maar kan ik de woorden niet vinden. Een diepe, woordeloze, wanhopige kreet zit vast in mijn hart en houdt mijn lichaam gevangen. Wat kun je nog zeggen als je beseft dat het kleine meisje in jezelf voor altijd beschadigd is? Wat kun je nog doen als degene die daar verantwoordelijk voor is, zichzelf al van het leven heeft beroofd? De handen die mij vasthielden zijn er niet meer. De armen die mij dicht tegen zich aantrokken, kunnen dat niet meer. De vingers die mij streelden, voelen niet meer. En alles wat bij mij naar binnen kwam, heeft zijn potentie verloren. Het directe gevaar is geweken, maar ondertussen lig ik nog steeds – of eindelijk – in stukken op de grond.
Eindelijk snap ik waarom het leven de afgelopen jaren zo zwaar voor me was. Eindelijk snap ik waar de mistwolk in mijn hoofd vandaan komt, waarom mezelf zijn bij anderen spannend voor me is en waarom een eetstoornis mij rust geeft. Het kleine meisje in mij leed; was intens bang. Gebroken van verdriet en pijn. Ze moest overleven. De rauwe waarheid is dat ze nu soms wenst dat ze dat niet had gedaan. Maar stukker dan stuk bestaat niet en dus moet ze weer door. Want ze heeft twee keuzes: zichzelf in scherven weggooien óf er een mozaïek van maken. Schoonheid in gebrokenheid.
Iets in mij zegt nu: “stel je niet aan“, “er zijn veel ergere dingen” en “je bent heus niet de enige”. Get yourself together en doe gewoon wat beter je best. Maar ik hoef mezelf niet langer te straffen en in nog meer stukjes te breken. Dat verdien ik niet, dat verdient hij. Ik mag verdrietig en boos zijn, wanhoop voelen. Ik mag getroost worden en echte veiligheid ervaren, zodat het kleine meisje in mij tot rust komt en zich geborgen kan voelen. Er is een liefdevolle hand en veel geduld nodig om van al die scherven weer iets moois te maken. Dat is de énige manier.
Verder was 2019 ook het jaar waarin ik met een grote lach uit een vliegtuig sprong en spontaan een middag ging surfen. Ik kon na drie jaar een vriendin uit de USA weer in real life een knuffel geven en vond plezier terug in sport. Ik zag een labradorpuppie opgroeien van een klein, schattig, zwart bolletje naar een heerlijke, eigenwijze hond. Ik zag God aan het werk in de stad waar ik woon en ontmoette geweldige mensen met een groot hart voor Jezus. In 2019 raakte ik totaal in de war over vergeving, een liefdevolle God en alle ellende in de wereld.
Zeven jaar geleden gaf Hij mij Jesaja 43:2, drie keer op dezelfde dag op verschillende manieren: Moet je door het water gaan – ik ben bij je; of door rivieren – je wordt niet meegesleurd. Moet je door het vuur gaan – het zal je niet verteren; de vlammen zullen je niet verschroeien. In 2019 heb ik ervaren dat Hij Zijn beloften altijd nakomt, door onvoorstelbaar veel support en liefde van Zijn mensen om mij heen. Ergens begint er een sprankje hoop te groeien dat op een dag ook Zijn andere belofte aan mij waarheid wordt: Uw jeugd vernieuwt zich als een adelaar (Psalm 103:5).
Ik hoop, verlang, wens en bid dat in 2020 zonnestraaltjes door zullen breken en de Hoop terug zal komen in mijn leven.
♥
Geef een reactie