Ik kan me mijn eerste diagnostische test nog goed herinneren. In die periode was ik volledig in de ban van mijn eetstoornis en wilde er alles aan doen om dit te verbergen. Denk je veel aan eten? Mijn antwoord: nee. Doe je aan compenseren in de vorm van bewegen, braken of laxeren? Mijn antwoord: nee. Denk je dat je een eetstoornis hebt? Mijn antwoord was opnieuw: nee.
Het was in de tijd dat ik in het ziekenhuis was opgenomen en ik te maken kreeg met een psychiater en psycholoog. Hoewel ik behoorlijk mager was, wist ik de test uiteindelijk zo te maken dat er geen eetstoornis gediagnosticeerd kon worden. Een overwinning voor mijn eetstoornis, een nederlaag voor mezelf. Want vanaf dat moment heb ik nog zeer vaak de boel gemanipuleerd en veel mensen uit mijn omgeving bedrogen. Waarom had ik niet de kracht om eerlijk mijn gedachtes en gevoelens te delen?
Bron: Pexels
Schaamte en afwijzing
Voordat ik werd opgenomen in het ziekenhuis was er al een hele strijd gestreden. De band met mijn ouders werd steeds slechter en we leken steeds verder van elkaar verwijderd te raken. Ik had erg veel angst gekregen voor eten en kon ook werkelijk bijna niet meer eten. Voor mijn gevoel werd dit gedrag door mijn ouders sterk afgekeurd. Boze blikken en vele ruzies gingen hiermee gepaard. Thuis werd ik op mijn eetstoornis aangesproken, maar naar de buitenwereld toe leek mijn eetstoornis niet te bestaan. Een dochter met anorexia is iets om je voor te schamen. Een dochter met een eetstoornis paste niet in het gezin. Mijn eetstoornis werd afgekeurd, maar daardoor ik als dochter ook. Ik voelde me hopeloos en voor mijn gevoel mocht ik in deze wereld niet meer bestaan. Althans; mijn anorexia mocht niet bestaan.
Doordat mijn ouders me nooit handvatten hebben gegeven om mijn eetstoornis tegen te gaan en doordat zij mij nooit hulp hebben aangeboden, ben ik in deze periode erg bang geworden voor afwijzing. Natuurlijk wilde ik ook mijn veilige eetstoornis houden en was ik nog niet klaar voor hulp, maar ik had daarbij ontzettend veel angsten dat mijn vrienden en familie me niet meer zouden zien staan. Wanneer ik openheid aan mijn eetstoornis zou geven, dan zou ik niets meer waard zijn als vriendin of als familielid. Een eetstoornis maakte me een slecht persoon….
Openheid; de eerste stap naar herstel
Jaren verstreken en ik was mijn eigen identiteit bijna volledig verloren. Alles stond in het teken van mijn eetstoornis en mijn drang naar perfectie. Mijn dagen bestonden uit leren voor school en sporten om te compenseren. Gedurende mijn hele middelbare schooltijd hield ik dit patroon in stand. Ik was niet in staat dit zelf te veranderen en ik durfde niemand om hulp te vragen. Soms kreeg ik bepaalde blikken van mensen die me aanstaarden, of mensen vroegen of ik ziek was. Ja ik was ziek en dat erkende ik ook, maar gaf m’n chronische ziekte de schuld. Het woord anorexia durfde ik niet uit te spreken.
En toen ging ik starten met mijn studie aan de universiteit. Al in de eerste weken leerde ik een heel bijzonder en lief persoon kennen. Uren en uren konden we praten en op een dag ging het erover dat haar dochter wilde afvallen. Ze keek me indringend aan en ik wendde mijn hoofd naar de andere kant. Niet veel later was het hoge woord ‘anorexia’ eruit. Met een brok in mijn keel keek ik haar toen aan. Ze zei: “Dat wist ik al, hoor. Ik was alleen benieuwd wanneer en óf je het aan me zou vertellen.” We zwegen, keken elkaar aan en ik kreeg een dikke knuffel van haar. Die hele dag stond mijn wereld op z’n kop. Die hele dag dacht ik aan haar reactie en de liefde die ik van haar ontving. Door deze openheid was de eerste stap naar herstel gezet.
De wereld van de hulpverlening
Na deze eerste ervaring van openheid over mijn eetstoornis ben ik gaan nadenken of ik hulp zou gaan zoeken. Vóór deze tijd was ik al wel twee keer opgenomen geweest, maar dit was enkel om mijn gewicht te laten stijgen. De onderliggende problematiek was nooit aan bod gekomen. Na heel veel piekeren en duizend keer de voor- en nadelen te hebben geanalyseerd, heb ik de stap naar de hulpverlening gewaagd. Wat was ik bang dat ze me daar zouden afwijzen. Ik ben vast te gezond om hulp te krijgen… Ik had immers na al die jaren wel een gezond gewicht bereikt. Maar het tegendeel was waar. Na de intake kreeg ik vrijwel direct te horen dat ik een behandeling voor mijn eetstoornis zou krijgen. Ik kreeg een diëtiste toegewezen, een maatschappelijk werker en een psycholoog. Ik was vastberaden om die eetstoornis te gaan verslaan, maar na enkele weken zette ik mijn eerste trucjes alweer in. Ik manipuleerde de boel bij elkaar en heb de behandeling uiteindelijk vroegtijdig stopgezet. Zowel voor hen als voor mij was dit verspilde tijd.
Na deze ‘faalervaring’ heb ik even een time-out genomen. Ik was van het vechten tegen de eetstoornis enorm moe geworden. Ik wilde zo graag door met mijn leven en probeerde hierdoor de eetstoornis zoveel mogelijk te onderdrukken. Helaas, was ik niet gewapend tegen de harde stem van mijn anorexia. Na een half jaar heb ik opnieuw bij de huisarts aangeklopt voor een doorverwijzing. Ik kreeg deze en mocht op intake bij een andere instantie. De dag van de intake kan ik me nog goed herinneren en ik wist meteen dat dit de juiste plek zou worden. Hier zou ik herstellen. Mijn gevoel klopte en ik heb me nog nooit zo prettig bij een psycholoog gevoeld. Ze keek dwars door me heen en ik kon haar niet eens voor de gek houden. En niet alleen mijn eetstoornis werd aangepakt, maar ook mijn hechtingsproblematiek, mijn angststoornis en mijn persoonlijkheidsstoornis. Mijn wereld werd op z’n kop gezet, maar dat was ook hard nodig.
Je bent niet alleen
Jarenlang heb ik gewalgd van mezelf. Jarenlang durfde ik met niemand mijn eetstoornis te delen. En van al deze jaren heb ik spijt. Ik geef mezelf niet de schuld van het krijgen van mijn eetstoornis, maar ik vind het jammer dat ik mezelf jarenlang zoveel verdriet en pijn heb gedaan. Er zijn naast mij nog zoveel anderen die met een eetstoornis worstelen of hebben geworsteld. En al deze andere mensen verdienen hulp, steun en een luisterend oor. Al deze mensen hebben hetzelfde probleem, maar al deze mensen zijn ook uniek. Iedereen is prachtig zoals hij of zij is. Iedereen heeft bepaalde kwaliteiten en valkuilen. En het is de kunst om deze krachten en valkuilen met elkaar te delen.
Erover liegen gaat je nergens brengen.
Geef een reactie