Ook ik heb mijn verhaal hier geplaatst. Met maar één reden. Er staat nog maar weinig over BED op deze site en daar wil ik graag verandering in brengen.
Wanneer begint mijn verhaal? Is een eerste vraag die ik mezelf moet stellen. Ik denk namelijk dat ik een aantal gebeurtenissen in mijn leven moet koppelen aan het ontwikkelen van een eetstoornis, en dan kom ik terugdenkend uit in groep 3.
Ik was in de tijd een onzeker verlegen meisje, met welliswaar een goed stel hersens, maar ook met een slecht concentratie vermogen. Ik zat op school in een groep 2/3-combinatie. Voor iemand met moeite met aandacht richten is dat geen ideale situatie; kleuters die nog moeten spelen, en groep 3 die moet leren rekenen. Voor mij waren dit veel prikkels.
Niet dat ik lastig werd voor de juf, zeker niet. Ik droomde weg. Buiten reed een vrachtwagen langs, de juf ging de taalschriften nakijken, en ik moest 5 en 3 optellen. Pietje verderop liep naar de prullenbak om zijn potlood te slijpen. Maria uit groep 2 ging haar puzzel wisselen, en er reed nog een legertruck langs, en de juf had nu het schrift van die… O ja en 5 en 3 optellen, maar die andere dingen zijn veel interessanter. Het gevolg van dit gedrag was dat mijn werk nooit klaar was als de juf wilde dat het klaar was.
De juf kon er weinig mee, en ter eeuwige tijd zat ik na schooltijd mijn werk af te maken. Iedereen naar huis, en ik moest doorwerken, want als ik het tijdens schooltijd niet kon, dan maar erna. Door dit gedoe, gingen ook mijn klasgenootjes me anders behandelen. Als je 6 bent wil je nog dat de juf je lief vindt, en als de juf iemand niet lief vindt, is die iemand dus niet lief. Als je juf iemand afkat, dan mag jij dat als kindje ook. En helaas was ik degene die altijd door de juf werd afgekat, en daarmee werden ook mijn vriendinnetjes schaarser. ###
Dit ging door, en in groep 6 werd ik groter en zelfstandiger. Het pesten ging door, jaar na jaar. In groep 6 fietste ik soms alleen naar huis. Als ik snel weg was uit school, kon ik precies even langs de DA of de jamin rijden voor een zakje snoep of een reep chocola. Dit bleef toen nog bij 100 gram chocola in de week, of 10 toverballen per week.
Ik ging naar de brugklas en was een mollig meisje. Mijn ouders zetten me toen op dieet. Geen snoep meer, geen koekjes, geen toetjes, en eindeloos i.p.v. een dropje een plakje komkommer.
Zelf ondermijnde ik dit dieet. Regelmatig kocht ik op school een appelkoek of een mars. Of meer dan 1 die ik dan in mijn schooltas verborg en op mijn kamer op at. Terugkijkend zaten er toen al eetgestoorde trekjes in. Dat sudderde door. Op school gepest worden, huis lekker met mijn vriend snoep mezelf tevreden houden, regelmatig een dieetje… en datondermijnen met verboden slechte dingen als grote koeken en chocola.
Ik kwam van de havo, maatje 38, onzeker bang perfectionistisch een muurbloem… Ik ging door naar de HTS. Op het HBO kwam ik voor het eerst tegen dat er iemand binnen kwam en naast me wilde zitten. Ik was hieraan niet gewend, en regelmatig gingen we samen op het station frietjes eten.
Behalve dat ik vaker een dergelijke lunch nam, had ik door een flinke reistijd en diverse stations ook meer vrijheid dan op de middelbare school. Op de middelbare school woonde ik 200 meter van school af, en als ik maar een kwartiertje later kwam wist ik dat mijn moeder zich ongerust maakte. Met anderhalf uur reistijd, kwam het iets minder nauw. Plus dat ik toen (2001) een mobiele telefoon kocht, waardoor ik konbellen als de trein vertraging had (of geen vertraging had maar ik een pitstop moest maken om in diverse winkels een pak koekjes, een zak snoepjes en een reep chocola te kopen).
Het restafval verdween keurig in mijn schooltas, en dat gooide ik verspreid onderweg weg. Op plaatsen waar toch al veel van dergelijk afval lag (stations, scholen, enz). Ook verborg ik veel afval als ik ongesteld was in de afvalbak tussen vuil maandverband. Met het oog op geurtjes verpakte ik dat namelijk altijd per stuk in een oude reclamefolder en daarin mee kon het afval ook onopvallend verdwijnen.
Natuurlijk veranderde mijn gewicht mee toen mijn snoepmomenten toenamen. Voor de buitenwereld was ik ook altijd op dieet. Nee zeggen tegen het ene chocolaatje beneden bij de koffie, en boven een doos bonbons wegwerken…
Niemand die iets wist. Ik was erg goed in verbergen. En nog kan ik goed verbergen. Wat ik niet wil dat iemand ziet, ziet niemand.
Eind 2003 begon mijn lichaam in te grijpen. Ik viel me een hersenschudding. En een ontkenner als ik was, ontkende ik dat ook. Ik viel zaterdag tijdens het sporten, en maandag had ik tentamen. Ik had in het weekend flink paracetamol geslikt, was goed misselijk, had weinig eetlust gehad, en maandag stapte ik in de trein om tentamen doen.
Waarop ik niet gerekend had, was dat mijn ogen de opgaven niet konden lezen. Ik ben bij de opleidingscoördinator geweest, en kreeg uitstel van tentamen (uitzonderlijk voor het hbo) en ging door naar de huisarts. Drie weken plat liggen. Misselijk als ik was, was het eerste wat ik weer ging eten, roomfondant. Geen lichte dingen, geen soep, meteen het ongezonde roomfondant.
Mei 2004 kwam ik opnieuw bij de huisarts. Moeheids klachten. De huisarts vroeg of ik soms was aangekomen, hij herinnerde zich me slanker. In die 3 jaar was ik ook iets van 30 kilo meer geworden, alleen aan mijn eetgedrag kon het niet liggen, ik at niet meer dan normale mensen (dacht ik…. Een kilo chocolade was voor mij heel normaal, 2 kilo ook wel, en als ik me rot voelde ook rustig direct na het kerstdiner).
Bloedprikken, geen resultaat. 9 weken aankijken. Opnieuw prikken, geen resultaat. Vitamine compressen, geen resultaat. Dus door naar de internist. Suikerziekte werd uitgesloten. Schildklier-afwijkingen ook. Het advies het een half jaartje aan te zien. Na een half jaar was ik nog steeds moe moe moe…. Uiteindelijk tussen de oren. Ik was dus een aansteller. Er was niks mis met mij… Ik kwam aan van een glas water, ik was extreem moe, en er was niks….
Zodoende bij GGZ gekomen.
Ook daar wist men niet wat ze met me aan moesten. Ik paste niet in het plaatje van mijn diagnose (en er werd niet naar eetgedrag gevraagd). Misschien autisme stoornis. Misschien depressieve stoornis. Misschien trauma’s… Men wist t niet. Een dik jaar onderzoeken volgde. Uiteindelijk sociale fobie… en daarvoor in een groep.
Zelf ging ik twijfelen over mijn eetgedrag. Ik vroeg online een goede internetvriend… Hoe normaalhij het vond om een hele pot chocopasta leeg te eten. Hoe normaal een kilo chocola was, afgewisseld met nootjes, en chips, en kaas, en drop… en alles door elkaar…Hij schrok hiervan. Hij noemde het woord boulimia…. Ik uiteraard, ontkende dit. Dat kon niet… die mensen staken een vinger in hun keel. En al had ik laxeermiddelen gekocht, ik durfde dit toch niet te gebruiken. Dus dat kon toch niet?! Ik toch niet!
Toch bleef dit woord in mijn hoofd spoken… Tot een google enkele weken later. Via internet kwam
ik tot de ontdekking dat er wel een stoornis bij mijn eetgedrag hoorde: BED. Ik ging twijfelen. En wat ik vaak deed dan, (inmiddels januari 2007) ik maakte een topic aan op een voor mij toen heel veilig forum. In het besloten deel… En na daar overleg te hebben, het aangekaart bij mijn therapeuten.
Het werd toen een eetprobleem genoemd. De frequentie van de eetbuien was te laag. Niet drie
maanden twee keer in de week. Slechts 6 jaar 1 keer in de week… dus… geen eetstoornis.
Een jaar later ging het eindelijk behandeld worden (april 2008) De diagnose was toen eetstoornis NAO meest lijkend op BED. Na een jaar vechten, vallen opstaan, veel tranen, weer vallen, weer opstaan, elke boterham opschrijven, uithuilen bij vrienden, weer neerstorten, werkeloos worden… Kwam in december 2008 de diagnose depressie erbij. Naast de eetgroep (1 ochtend in de week) werd ik in de depressie deeltijdgroep gestopt (3 dagen in de week).
Toch ging ik in die tijd niet méér eten. Op 5 februari 2009 had ik mijn laatste eetbui(tot op het moment van schrijven, december 2009) Ik telde wel consequent dagen. 99 dagen gehad, en toen in januari terug naar 0… en toen niet meer aan de 30 gekomen. Was al die maanden knokken voor niets geweest… Terug bij af…
Toen na die vijfde februari kwamen de 100 dagen wel. Op dag 100 sprak ik met mezelf en de
eetgroep af dat ik mocht “verzekeren” Als het nu een keer mis ging mocht ik eenmalig terug naar de 100 en hoefde ik niet naar 0. Bij 200 weer een verzekering. Op die manier hoopte ik die 0 niet meer terug te krijgen op mijn bord.
Tot nu toe heb ik nog geen enkele verzekering hoeven gebruiken. Heb er 3 staan. Bij 300 staat er een. Als het nu mis zou gaan begin ik verder te tellen op 300 🙂 en ik weet dat het ooit nog eens mis kan gaan… Alleen wanneer weet ik niet.
Op 15 januari ben ik met ontslag gegaan uit de depressie-groep. In mei stopte ik al met de eetgroep. Hoe nu verder… Ik hoop nog iets met beeldend en / of pmt te kunnen en mogen doen… Ik durf te denken aan een lichte part time baan. Ik wil nog steeds ooit in het onderwijs komen…
De levenservaring die ik heb opgedaan… Het was zwaar, de strijd was moeilijk… Maar er zijn ook veel mooie momenten geweest… Momenten die ik voor geen miljoen had willen missen.
Ook al is het moeilijk, de mooie kant wil ik niet achterwege laten en hier zeker ook noemen!
Martha
Geef een reactie