Na bijna een jaar ‘weg’te zijn geweest uit de forum/virtuele wereld voor mensen met een eetstoornis, voel ik me er toch weer toe aangetrokken. Dit omdat het beter met me gaat dan ooit, en ik wil graag mijn verhaal met jullie delen.
Laat ik er mee beginnen mezelf voor te stellen: Ik ben Sophie, en ik ben een 24jarige zelfbewuste jonge vrouw (okee, het klinkt nog wat vreemd in de oren, ‘vrouw’, maar ik kan er niet om heen. Ik ben een vrouw, en ik ergens binnenin mij ben ik ook nog kind.).
Mijn interesses zijn yoga, lezen, creatief bezig zijn, spiritualiteit, (alternatieve) geneeskunde, verpleegkunde, psychologie, biologische voeding, natuur, goede gesprekken, filmhuis-films kijken, en cappuccinootjes leuten met vriendinnen (die ik eindelijk heb).
Momenteel werk ik als verpleegkundige op de couveuse-afdeling van een ziekenhuis in een stad in noord-brabant, en ben ik trainee, en ga kinderverpleegkunde doen (dat heet: als ik op de goede weg door blijf gaan, want ik zit nu op de goede weg).
Ik zou het wel van de daken willen schreeuwen: Ik ben trots op mezelf!
Op mij, op mijn goede kanten (mijn liefde voor de medemens, mijn creativiteit, mijn wilskracht, mijn humor en mijn intelligentie), maar ook op mijn schaduwkanten (de anorexia waar ik sinds 12 jaar tegen vecht, mijn overwonnen depressie en mijn automutilatie-verleden.
Het heeft mij gemaakt tot wie ik nu ben, een 24-jarige, die inmiddels van het leven kan genieten, die 50-75%(die 100% daar streef ik naar, maar zelfs ‘normale mensen’zijn niet non-stop gelukkig) van de tijd echt het geluk kan proeven, die creatief is en wel erg wijs en oud voor haar leeftijd. Ik ben iemand die niet zoals een ‘normaal’ iemand, een ‘normale levensweg’ volgt.
Nee, tot nu toe kent die van mij vele dalen, hobbels, omwegen, moerassen,en uistekende stronken waarover je valt, en donkere steegjes, die dood blijken te lopen…… Maar mijn weg kent daardoor ook de leuke plekjes waar niemand komt, de plekjes met een geweldig uitzicht, en daarvoor moet je eerst een slopende tocht afgelegd hebben.
‘No rain, no rainbow’
Mijn echte gevecht, mijn ‘ik tegen de rest van de wereld’ begon eigenlijk al vrij vroeg. Er waren problemen thuis, tussen mijn ouders en ruzie over financiëen en ik ben altijd al een gevoelig kind geweest. Een windekind: actief, creatief en lief. En ik at niet als kind, ik weet nog dat ik dit ook bewust deed, maar waarom weet ik niet meer. De basisschool verliep qua sociale contacten heel goed, en ik was een van de slimsten van de klas.
Toen ik 12 was kwam ik in de puberteit, en door hormonen snoepte ik en at ik wat meer, waardoor ik in combinatie met hormonen veranderde van een magere spriet in een vrouw met rondingen. Ik voelde me niet thuis in de brugklas, en had geen aansluiting bij klasgenoten. Door de spanningen thuis (die er trouwens tot op vandaag de dag nog soms zijn), kon ik me niet fijn voelen, en het ‘vrouwen-lichaam’ wat ik had (wat ik niet accepteerde en wenste dat ik mijn borsten kon laten amputeren), besloot ik na een opmerking die mijn moeder maakte (‘je bent best mollig, kijk uit dat je niet dik word’) te stoppen met snoepen. Dit hield ik al snel 3 maanden vol.
Dat ‘lijnen’ deed ik, en na die fase begon de echte ellende, de echte anorexia…… De rest van het verhaal is redelijk voorspelbaar en cliché:
- Ik kwam terecht bij een jeugdpsychologe bij het jeugdriagg in heerlen. Dit hielp voor geen meter omdat ik in de ontkenningsfase zat
- Ik kwam wegens een heupontsteking in het ziekenhuis, en at daar niet. Ik kreeg sondevoeding, en een eetadvies mee toen ik met ontslag ging.
- Ik ging verder bij het jeugdriagg en ik begon met het slikken van antidepressiva omdat het niet alleen qua gewicht,maar ook qua psyche erg slecht ging. Ik at in die tijd op een dag heel weinig. Ik automutileerde regelmatig. Ik was knetterdepressief en sloot me af op mijn kamer. Mijn cijfers op school waren geweldig goed, en dat was mijn enige focus.
- Ik kwam opnieuw in het ziekenhuis voor 6 weken en ik bleef zitten in 3 atheneum.
- Ik begon ambulante therapie bij een in eetstoornissen-gespecialiseerde therapeute. Zij vond mij echter al na een paar keer therapie een ‘te zwaar en complex geval’, en verwees mij door naar een psychotherapeutisch centrum. De viersprong, in halsteren. Inmiddels was ik wel gemotiveerd, ik wilde beter worden, en vol hoop liet ik mij op de wachtlijst zetten voor de viersprong. Dit was in november 2002.
Okee, tot zover, ik was inmiddels 17. En ik had toen dus al 5 jaar van honger, leegte, kou en isolatie achter de rug. Dat toen ‘het echte gevecht’ pas zou beginnen, ben ik pas veel later gaan beseffen.
De Viersprong, maart 2003.
Stilte, en ik slik wat tranen weg. Wat heb ik er veel geleerd. En jeetje, wat ben ik er ‘zieker’ geworden, en wat is het toch fout gegaan. Voor mij werkte de methode op de viersprong niet. Ze zijn daar vrij hard en streng. En wat was ik toch al hard en streng voor mezelf…… Ik had warmte, liefde en knuffels nodig. Niet een harde groep en een therapeutisch milieu waar je nog verantwoording moet gaan afleggen als je door alle wanhoop en ellende weer de mist was ingegaan…..
Op de viersprong lieten ‘ze’ me aankomen in gewicht, zonder goede begeleiding. Dit, in combinatie met misbruik was voor mij de druppel: Ik werd erg suïcidaal, en ik moest naar een gesloten afdeling. Van daaruit ging ik na 3 weken naar een gesloten jeugdafdeling in heerlen, Argo. Zo heette die afdeling.
En het is daar, toen ik op de separeercel lag, dat er bij mij een definitieve klik kwam. Na die klik wist ik:
Ik wil verdorie leven! Maar hoe?
Langzaamaan ben ik op Argo opgeklommen, qua gewicht alleen maar bergafwaarts gegaan. Argo was een non-therapeutisch-milieu, een ‘ik-behoudend-milieu. Oftewel er is geen therapie, de afdeling is puur om tot rust te komen, en niet verder achteruit te gaan/te stabiliseren.Toen ik stabieler was wilde ik dat er werd gekeken naar wat ik nodig had, en waarvan ik het meeste last had: de anorexia. De wachtlijsten voor klinieken in nederland waren erg lang en voor deeltijd-behandeling had ik een te laag gewicht.
Ik hoorde viavia van een meisje met een soortgelijk verhaal als dat van mij, en zij had erg veel baat gehad bij een opname in België. In Tienen, op afdeling terberken. Daar ben ik ook terecht gekomen, het was toen december 2003, en de tijd dat het eerste kindje van willem-alexander en maxima werd geboren.
Vol hoop ging ik naar tienen. En jeetje, wat was ik toen eigenlijk al getekend, beschadigd, en wijs. In tienen hebben ze heel goede therapie, en fijne therapeuten. Een stuk zachter, persoonlijker en vriendelijker dan in nederland. Ik ging langzaam eten. Okee, dat moest wel, maar het was een verademing ergens. Niet meer hoeven vechten, kiezen, denken, wat ik zou eten, hoeveel, wanneer, waar.
Nee, geen discussie mogelijk. Je moest eten en aankomen. Er werd wel een straf/beloningssysteem gehanteerd, wat erg frustrerend was, met name in de laatste fase van het aankomen, wanneer je je de pleures kan eten, zonder *** gram per week aan te komen…. en dan keihard in de ‘reserve-fase’te moeten zitten.
Tienen heeft mij geleerd op mezelf te vertrouwen, en ik heb geleerd wat mijn kwaliteiten waren, en wat mijn valkuilen. Bijna op streefgewicht ging ik er in mei 2004 weg, ik wilde begeleid kamerwonen gaan doen, maar daarvoor was de wachtlijst te lang, en ik kwam er geloof ik ook niet voor in aanmerking. Dus ik ging op kamers wonen in Maastricht, met een opleiding Verpleegkunde in september in het vooruitzicht, iets wat ik altijd al wilde, waarvan ik nooit had durven dromen zou gaan gebeuren.
Ook nu is mijn verhaal erg cliché:
Wat ik binnen de veilige 4 muren van het ‘terberken-land’ in het belgische tienen had geleerd, bleek niet bestendig voor de heftigheid en moeilijkheid van ‘de echte maatschappij’. Ik voelde me moederziel alleen, eenzaam, zo op kamers. Maar thuis wonen was ook geen optie (wegens de spanningen thuis). Het voorspelbare gebeurde: Binnen 3 weken na ontslag in Tienen zat ik weer helemaal terug in mijn anorectische gewoontes en viel ik elke week kilo’s af. Met hangende pootjes belde ik op naar de beroemde en beruchte professor Van der eycken, die mij in Tienen behandelde, en die mij toen adviseerde me aan te melden bij de Eetstoornissen Unit van het academisch ziekenhuis Maastricht.
Daar ben ik gecombineerd met het riagg te Maastricht in behandeling geweest tot 2007, en in die fase, tijdens mijn opleiding verpleegkunde heb ik hele diepe dalen gekend, en heb ik bij elkaar opgeteld zo’n 5 keer in het ziekenhuis gelegen vanwege lichamelijke problemen die door de anorexia werden veroorzaakt. En ben ik nog een keer opgenomen geweest in Tienen, omdat mijn gewicht weer erg laag was.
Opeens in 2007 had ik het helemaal gehad met therapie. Wellicht omdat mijn gewicht gevaarlijk laag was en ik eigenlijk niet meer voor rede vatbaar was, te eigenwijs, en te bang om de controle over mijn gewicht en eten uit handen te geven. Mijn therapeute drong aan op opname, en ik deed het tegenovergestelde: mijn kont (die ik niet meer had, maar goed) tegen de krib gooien.
In mijn Maastrichtse jaren ben ik doodongelukkig geweest, eenzaam vooral en koud. Als ik eraan terugdenk zie ik mezelf weer lopen door de stad, urenlang wandelen met mijn mp3-speler op, terwijl ik de hele dag niks had gegeten….. en dan ‘s avonds nog naar Balletles (ik ballette erg fanatiek, zo’n 5 keer per week). En ik had een goede vriendin die wist van mijn anorexia en mijn verleden, met haar had ik het wel gezellig overigens.
Ik verhuisde voor mijn studie naar Duitsland, om daar stage te lopen in het beroemde universitaire ziekenhuis van Aken. Helemaal geïsoleerd en compleet vastgelopen binnen de anorexia en met mijn gewicht en lichamelijk een wrak. De stages, dat was waarvoor ik leefde, mijn studie, mijn professie en mijn creativiteit.
In juni 2008 had ik het helemaal gehad, en ik kwam eindelijk tot het besef dat ik zo niet verder wilde. Nauwelijks eten, echt het minimale om een dag door te komen. En gewoon last hebben van trauma’s, het eigenlijk enorm bang zijn voor voelen en het leven. En ook dat ik het niet zou redden zonder therapie.
Hulp kon ik in Duitsland niet vinden. Wel Yoga, daarmee begon ik toen, en dat heeft een ware revolutie in gang gezet. Er volgde een noodkreet vanuit mij bij een bezoek aan de huisarts, en hierna gingen er verwijzingen richting Rintveld, de Ursula, het umcu , emergis, azM en Veghel.
Opname in kliniek was wat iedereen mij adviseerde, aangezien mijn gewicht te laag was voor deeltijdbehandeling, en mijn eetgedrag om te huilen was. Ik kon niet in opname, ik wilde per sé mijn studie afmaken, en niet WEER een opname…. Bij het eetstoornissen team in Veghel wilden ze mij wel ambulant behandelen, maar ik bleek geen klik te hebben met de therapeute destijds. Hun methode werkte ook niet bij mij.
Hulp vond ik na even zoeken bij Human Concern, in eindhoven, waar ik een geweldige therapeute had. En dat op heel korte termijn, geen wachtlijst of wat dan ook. Dit is denk ik het begin geweest van het goede pad, zoals ik dat noem. Mijn therapeute werkte met andere methodes en visies dan de anderen. En het sloeg aan. Ik had weer motivatie, en ik wist waarvoor ik knokte. Mijn therapeute was zelf anorexia en boulimia-patiënt geweest, zodoende snapte ze me en wist waarmee ze mij kon helpen.
Ik reisde elke 2 weken in totaal 5 uur voor therapie. Ik hoefde niks qua eten of gewicht. En wonderbaarlijk genoeg begon ik daardoor juist beter te eten. Als beloning voor mezelf, wanneer ik boven een bepaald gewicht zou wegen, en de opleiding verpleegkunde af zou hebben, boekte ik een reis naar Kenia. Eén van mijn grootste dromen.
Afgelopen zomer was het zover, allemaal belangrijke momenten:
– ik ontving mijn diploma en mag mezelf verpleegkundige noemen
– ik werd aangenomen voor een baan in noord-brabant
– ik verhuisde naar noord-brabant
– ik ben 3 weken op reis geweest en heb rondgetrokken door kenia. De reis van mijn leven die mij dichter bij mezelf heeft gebracht en mij geleerd heeft wat de essentie is van het leven. Ik heb genoten, elke seconde, en ik ga nog steeds bijna huilen van blijdschap als ik de foto’s bekijk, en herinneringen ophaal.
Eénmaal in Noord-Brabant maak ik voor mijn gevoel een nieuwe start, een nieuw leven. dat kan natuurlijk niet, maar iets in mij is veranderd. Inmiddels zijn we 7 maanden verder. En ik heb een leven naast de anorexia opgebouwd: ik doe veel aan yoga, dit heeft mij in contact gebracht met mijn lichaam. Ik BEN een lichaam. Niet ik BEN EEN HOOFD (met gedachtes en aandoeningen) met een lichaam dat ook zo zijn dingen nodig heeft.
Nee, ik kan voelen, ik kan mezelf voelen van top tot teen, en ik sta het mezelf toe. Ook dat ik me goed voel. Ik heb een vriendinnenkring, ik heb lol, ik lach, ik praat. Ik krijg knuffels, en ik vraag aan mijn vriendinnen wat ik nodig heb. Ik wandel, samen of alleen. En ik drink talloze chai-theetjes en cappuccino’s.
Ik heb meer rust in mezelf, ik kan een avond lekker lezen of bankhangen, of ik kan heerlijk creatief bezig zijn. Ik heb een enorm leuke baan, en ik werk vanuit mijn hart en met veel liefde. Ik ga elke dag fluitend van en naar mijn werk. Mijn droom is om ooit de kinder/ jeugdpsychiatrie in te gaan, en dat te combineren met spirituele kinderhulpverlening, of yoga.
De anorexia is nog enorm aanwezig hoor. En ik heb nog steeds hulp: een zelfhulpgroep, waaruit ik veel kracht put, veel herkenning, veel steun, en ook veel lol. Ik krijg haptotherapie, omdat ik toch vaak over de grenzen van mijn lichaam heen ga. (en mijn lichaam is een wrak. Ik heb inmiddels een paar ernstige aandoeningen, ongeneeslijk, en het gevolg van anorexia. Mijn lijf is heel kwetsbaar en van de simpelste ontstekingen word ik heel ziek en kan het leiden tot ziekenhuisopname)
Ook heb ik healings, en ik heb veel baat bij mijn spirituele ontwikkeling. Ik heb EMDR, omdat ik veel onverwerkte trauma’s heb. En ik ga weer starten met gesprekstherapie, want weet je: Ik vind mezelf inmiddels de moeite waard dat het beter met mij mag gaan, stapje bij beetje, en daarom heb ik weer hulp. Eten is nog steeds moeilijk, mijn gewicht is nog steeds veel te laag, maar wat ik wil zeggen is: Ik leef, en ik voel.
Ik heb weer hoop, en ik weet nu dat ik er wel kom. Ik heb er vertrouwen in. En tuurlijk, ik ben nog lang niet beter, maar ik zie subtiele veranderingen in hoe ik ben, en in mijn symptomen over het algemeen. Ik besef nu dat ik het zal moeten doen met kleine stapjes, die vanuit mijn hart komen, en niet met reuzestappen die opgelegd worden binnen een straf/beloningssysteem.
En ik zie mezelf steeds vaker als een enorm speciaal en mooi mens, en denk bij mezelf: meid , als je die anorexia eenmaal hebt overwonnen ben je echt een prachtvrouw. (dat is een moment waarop ik dan gecorrigeerd moet worden door vriendinnen : nee, je BENT al een prachtvrouw…..)
Eindelijk, na al die in-trieste, harde jaren, en na alles wat al achter me ligt kan ik vanuit heel mijn hart zeggen:
I am proud to be me.
En ik ben het waard, en ik kom er wel, en het is nog een lange weg naar genezing, maar ik ben sterk en ik weet dat ik het lef heb om de angst recht in de ogen te kijken. Zorg goed voor jezelf, want ook jullie mogen trots zijn op wie je bent.
Namasté, het licht in mij groet het licht in jou, een mooie uitspraak. Hou je vast aan je eigen licht en zie dat van de anderen om je heen.
veel liefs, en een knuffel,
Sophie
Geef een reactie