Ik was 19 toen ik voor het eerst een afvalpoging deed. Ik kwam thuis van een vakantie in Oostenrijk waar ik mezelf behoorlijk tegoed had gedaan aan de Oostenrijkse chocolade. Ik schrok me te pletter toen ik mezelf ging wegen… Als ik dat nu echter zou wegen, zou ik méér dan tevreden zijn. Toen niet. Ik vroeg aan mijn moeder hoe ik dat moest doen, afvallen. Met de kennis van nu was het advies van mijn moeder veel te weinig voor wat ik nodig had. Ik was 19, sportte volop, zat op school en fietste elke dag een behoorlijk stuk; binnen no time was ik afgevallen. Dit was het begin van mijn haat-liefde verhouding met eten.
Dit is een ervaringsverhaal. Ik vind het belangrijk om te benadrukken dat dit mijn verhaal is. Mensen die het anders beleven dan ik, bekritiseer ik met dit verhaal niet. Ook wil ik graag benadrukken dat ik niets adviseer, want ik ben geen hulpverlener. Dat wat hieronder wordt verwoord is louter en alleen het verhaal van Linda. Daar gaan we.
Calorieën tellen; doodvermoeiend
Ik ben nu 54. Dat betekent dat ik 35 jaar geworsteld heb met een bepaald zelfbeeld, calorieën tellen, alle diëtisten die ik kon vinden raadplegen, ongedurig met eten omgaan, mezelf voedingsmiddelen ontzeggen, schamen dat ik zo ontzettend veel achter elkaar at of juist langere tijd niet eten. Ik moet eerlijk bekennen… het is erin geslopen. Aanvankelijk had ik niet eens door dat ik redelijk obsessief met eten omging. Maar de onrust over eten werd steeds groter. In de loop der tijd probeerde ik veel dingen uit. Wat als ik nou tegen mezelf zeg dat ik gewoon alles mag eten? Of ik eet drie keer per dag en daarbuiten niet? Ik woog mezelf niet. Ik merk wel aan mijn kleding of ik afgevallen ben. Ik heb calorieën geteld. Doodvermoeiend. Als het niet klopte, had ik een rotgevoel. Ik ging naar een diëtiste. Zij doen mooi en goed werk, maar ik kreeg daar niet de aanwijzing die ik nodig had. Ik was er wel vrij snel achter dat ik het wilde leren begrijpen, want dan kon ik er misschien wat mee. Eén diëtiste ging daar serieus op in en vertelde dat vermoeidheid een rol kan spelen. En dat kon; op het moment dat zij dat vertelde, kampte ik al jaren met grote vermoeidheid, dat een behoorlijke impact had op mijn welzijn. Dus probeerde ik meer te rusten. Maar uiteindelijk ging dat pak koek toch open.
Mijn dochter, mijn motivatie
Dat wat hierboven staat, heeft vele jaren geduurd. En toen kwam de dag dat ik erachter kwam dat mijn dochter een eetstoornis had ontwikkeld. Verschrikkelijk. Ik had al een aantal keer aan haar gevraagd of het wel goed ging met haar, maar zij ontkende dat er iets was. Tot 29 januari 2019. Die dag gaf zij toe dat het inderdaad maar beter was dat wij naar de huisarts zouden gaan. Op dat moment – hoewel ik het wel al vermoedde – had ik het gevoel dat ik door mijn benen zakte.
Mijn dochter kwam terecht bij Arkin Jeugd en Gezin. Mijn man en ik kregen ook begeleiding, want het thuisfront moet goed weten hoe je hiermee om moet gaan. En omdat zij degene was die het hardst moest werken, wilde ik wel dat alles ter sprake zou komen bij beide psychologen. Alles om ervoor te zorgen dat zij goed uit deze strijd zou komen. Dus vertelde ik ook dat mijn relatie met eten niet de beste relatie was die ik tot nu toe opgebouwd had. En dat ik bang was dat ik, hoewel ik met man en macht geprobeerd had om niets van mijn slechte eetgewoontes op haar over te brengen, misschien toch onbewust iets overgedragen had.
Toen was ik aan de beurt
Na veel sessies kwam dit weer ter sprake. De therapeuten wilden wel een keer met mij meedenken of er mogelijkheden waren om mij hierin te helpen. Dat hield ik in eerste instantie af, want we zaten daar per slot van rekening niet voor mij. Het allerliefste wilde ik natuurlijk dat mijn dochter hier goed uit zou komen. En mijn eigen eetgedrag? Mwoah, viel wel mee. Toch? Uiteindelijk ben ik daar toch op terug gekomen, want het was eigenlijk een heel slecht signaal naar mijn dochter toe als ik dit zou weigeren. Voor haar wilde ik namelijk onmiddellijk hulp, mede omdat ik uit eigen ervaring wist dat het een enorme invloed op je leven kan hebben. En dan zou ik de hulp, die nu min of meer zo in mijn schoot werd geworpen, niet accepteren?
Dus ging ik in gesprek met de psycholoog die mijn man en mij begeleidde. Zij stelde de voorzichtige conclusie dat ik misschien wel een eetbuistoornis zou kunnen hebben. Zij adviseerde mij contact op te nemen met Novarum – Centrum voor eetstoornissen en Obesitas. Via de huisarts kreeg ik uiteindelijk een intakegesprek met twee psychologen. Aan het einde van het gesprek kreeg ik te horen dat in het team besproken zou worden of ik een face-to-face behandeling zou krijgen, of een online behandeling (BEDonline). In eerste instantie was ik heel blij dat erkend werd dat ik daar niet voor niets gekomen was, maar toen ik de mogelijkheid hoorde van een online behandeling zakte me de moed in de schoenen. Om heel eerlijk te zijn dacht ik: getverdemme. Ik heb dat ook meteen gezegd. Had ik niet hoeven doen, want mijn gezicht sprak boekdelen. Maar ik zei er ook bij dat ik wel heel dom zou zijn als ik deze vorm van hulp zou weigeren. Want ik was nu, na al die jaren, op een plek beland waar er misschien wel iets te doen was aan deze zeer vermoeiende en intensieve manier waarop ik met eten en gewicht in de weer was.
De week erop kreeg ik de conclusie te horen van het overleg. Er zaten drie psychologen, dus ik voelde de bui al hangen… online. Er werd verteld dat het een behandeling in ontwikkeling was en dat ze wilden bevestigen dat dit werkt voor mensen met een eetbuistoornis. Want er was mij intussen ook verteld dat ik die dus had. Het was een prettig gesprek, want ik kon mezelf zijn. Ik schroomde niet om mijn negatieve gevoel over deze behandeling met hen te delen en zij schroomden niet om mij tegen te spreken. Wel met heel veel begrip. Het was een prettig en geslaagd gesprek, waarin er ook genoeg is gelachen.
Een geslaagde online behandeling
Het kwam erop neer dat ik meteen aan de slag mocht. Dat was niet vanzelfsprekend, maar ik had mazzel omdat ik meedeed aan een wetenschappelijk onderzoek. De behandeling bestond uit een periode van 12 weken. Iedere week contact met een psycholoog, vragenlijsten invullen en vooral zelf aan de slag. Nou, ik wilde niets liever. Ik ga nu alvast verklappen dat het programma mij ongelofelijk veel gebracht heeft. Daar heb ik over nagedacht. Ik denk dat het komt omdat alles wat te maken heeft met het leren omgaan met een eetbui wordt aangeboden in stappen. En het is heel belangrijk dat je die stappen goed volgt. Bij het invullen van de eerste stap heb ik heel erg zitten huilen. Ik denk dat dat bij mij tweeledig was. Ik moest namelijk eerst invullen wat de voordelen zouden zijn van het onder controle krijgen van mijn eetgewoontes. En dat waren er heel veel. Het feit dat ik dit jaren had laten liggen, emotioneerde mij. Maar waarschijnlijk ook dat ik er nu echt daadwerkelijk mee geholpen zou worden. De weerstand tegen het opschrijven wat ik op een dag at, verdween meteen nadat ik ermee begonnen was. Het bracht mij namelijk heel veel inzicht. Ik wilde het tot dan toe nooit doen. Waarschijnlijk te confronterend. De telefonische gesprekken met de psycholoog waren prettig en verhelderend. Eén keer in de week vijftien tot twintig minuten. Ik heb in deze gesprekken hele waardevolle aanwijzingen gekregen. En ja hoor, daar was ie… ‘Vijf redenen waardoor je een eetbui zou kunnen krijgen’. Hier had ik dus al die jaren naar gesmacht! Want dan kon ik beredeneren waarom ik niet moest toegeven aan de eetdrang die ik vele malen had gehad.
En nu?
Ik ben inmiddels door de behandeling heen. De psycholoog heb ik met tranen in mijn ogen bedankt voor wat dit voor mij betekend heeft. Heel veel. Ik heb sinds het inzetten van dit programma geen eetbuien meer gehad. Ze hebben het heel reëel benaderd. Het wil niet zeggen dat er nooit meer een eetbui komt. Maar je leert hoe je daar mee om kan gaan. Ik heb ook geleerd om beter naar mezelf te kijken. Je krijgt aanwijzingen over hoe je beter met kritiek naar jezelf om leert gaan. BED-Online heeft ervoor gezorgd dat ik na 35 jaar weer op een normale manier met eten om kan gaan. Ik kan nog steeds een onbestemd en soms gedeprimeerd gevoel hebben, maar dat eet ik niet meer weg. En dat is een enorme winst. Want ik voel mij weliswaar dan niet prettig, maar ik ben nu vrij van een dubbel vervelend gevoel. Want ik eet het niet meer weg.
Met mijn dochter gaat het inmiddels een stuk beter. Je snapt denk ik wel dat dat voor mij van grote waarde is. Zij heeft mij toestemming gegeven om een deel van haar verhaal met jullie te delen. Daar wil ik haar voor bedanken.
En dan toch nog een klein advies op het einde van dit verhaal. Ik ben 54 en als ik nu kijk naar foto’s van toen ik jonger was, dan denk ik: waar heb ik mij eigenlijk zo druk om gemaakt? Dus ik hoop dat ik met deze woorden kan bewerkstelligen dat er misschien mensen zijn die eerder een goede verstandhouding krijgen met eten. Dat zou ik voor hen heel plezierig vinden.
Kom bij Proud2Bme gratis en anoniem in contact met lotgenoten, ervaringsdeskundigen, psychologen en diëtisten. Op ons forum kun je jouw verhaal delen en/of vragen stellen. Ook kan je dagelijks met ons chatten (de agenda vind je hier). Wij staan voor je klaar.
Geef een reactie