Duizelig en trillend loop ik de trap omhoog. Mijn gedachten gaan over en weer. Dat ik het zover heb laten komen. Misschien stel ik me wel aan, maak ik dingen groter dan ze zijn. Ik pas hier toch niet. Met mij is het niet zo erg. Al die anderen, die hebben het veel erger.
Het is maandagochtend 28 januari 2008.
Vandaag begint mijn dagbehandeling op de afdeling eetstoornissen. Ik haat dit woord. Eetstoornis, stoornis, gestoord. Ik ben gek. Overal zie ik dat woord. Ik moet plaats nemen in de ‘eetstoornis wachtkamer’. Nouja, wachtkamer, het zijn vier stoelen in een hoekje van de gang. Ik zucht. Op een tafeltje liggen tijdschriften. Ik pak de bovenste er vanaf. Op de voorkant staat ze. Het ideaalbeeld. Een mooi, dun perfect meisje, lachend naar de camera. Een obsessie is ze voor me geworden. Overal zie je ze. Je kan er niet omheen. Mijn droom om zo te zijn is verre van de realiteit. Ik doe er alles voor.
Plotseling hoor ik het geluid van iemand op hakken. Een zelfverzekerde blonde vrouw loopt op mij af. Maar zij was niet zoals het ideaalbeeld. Hoe kan ze dan zo’n zelfverzekerde houding uitstralen? Ze geeft me een korte rondleiding en ik beland in de ‘huiskamer’. Allemaal mooie dunne meisjes, het zijn er zoveel. Ik voel me zo ontzettend dik. Iedereen kijkt natuurlijk vol afgrijzen naar me. Wat doet zo’n dikzak hier?
Het eerste uur begint met weekendbespreking. In dit uur moet je vertellen wat je in het weekend hebt gedaan, en waar je deze week aan wilt gaan werken. Een onzeker meisje met mooie rode dreads zit in elkaar gedoken op een stoel. Het gaat niet goed met haar. De psycholoog zegt tegen haar dat ze misschien maar moet overwegen om medicatie te gaan nemen. Dus zo gaat dat hier, je wordt volgepropt met medicijnen.
Ik vind het maar raar. Als het uur voorbij is moet je in de huiskamer een tussendoortje eten. Ik kan alleen maar aan de hoeveelheid calorieën denken en kom eronderuit door buiten een sigaret te gaan roken. Er wordt mij verteld dat ik hier moet gaan eten volgens de basislijst. Dit houdt in, 2 boterhammen ‘s ochtends, 3 ‘s middags ‘s avonds ontzettend veel eten en allemaal tussendoortjes. Ik word gek. Ze willen me hier vet mesten. Dit gaat me echt nooit lukken.
In de volgende weken komt er van alles op me af. Ik ben een emotioneel wrak. Ik word van alle kanten uit elkaar getrokken en ze willen dat weer goed in elkaar zetten. Het is confronterend en de strijd met eten is zwaar. Twee weken krijg ik de tijd om mijn eten op te bouwen. Ik krijg een behandelplan. Hierin staat vermeld wat de problemen zijn. Ik heb een overmatig beweegpatroon. Ik heb een ongestructureerd eetpatroon. Ik braak en laxeer. Ik gebruik appelazijn, chroom, fatburners en afslankthee. Ik kijk op pro ana sites. Ik heb wisselende stemmingen. Ik ben zelfdestructief. Ik heb ondergewicht. En ik kan het nooit goed doen.
Een hele waslijst dus. Nu snap ik wel, waarom de behandeling minstens zes maanden moet gaan duren. In het begin lukt het allemaal niet zo. Ik heb weinig motivatie. Mijn vriend heeft mij hier tenslotte heen gestuurd. Voor mij hoeft het allemaal niet zo nodig.
Weken gaan voorbij. Ik leer zoveel, ook van de groep. Ik kon niet inzien dat ik ook dingen goed deed. Ik verschuilde me nog erg achter mijn eetstoornis en wou die nog niet echt los gaan laten. Een dilemma. Stapje voor stapje ben ik haar los gaan laten. Ik gaf minder toe aan het bewegen. Ik at inmiddels volgens de basislijst, maar vertrouwde dit nog niet. Ik ben gestopt met het bezoeken van de pro sites en zat inmiddels op een gezond bmi. Mijn zelfbeeld is nog erg slecht. Ik was de controle in eten kwijt, dus ook de controle in mijzelf.
Veel stemmingswisselingen. Dit leidde ertoe dat ik het medicijn seroquel ben gaan gebruiken. Misschien moest ik hier maar aan toegeven. En het werkte. Ik heb niet meer enorme emotionele uitspattingen en ik slaap beter. Braken en laxeren deed ik sporadisch. Alleen als de paniek echt toeslaat. Met behulp van mijn lieftallige mentor, heb ik een afbouwschema gemaakt hiervoor gemaakt. Nadat ik deze een keer had overschreden volgde er een time out, ook wel bezinningsperiode genoemd. In deze tijd ben ik bezig geweest met de gevaren en gevolgen van het braken & laxeren.
Nu zijn er zeven maanden voorbij. Ik ben bezig met het schrijven van mijn eindevaluatie. Er is zoveel veranderd. Ik ben veranderd. Als ik terugblik op de afgelopen maanden voelt het allemaal als een droom. Er zijn zoveel dingen gebeurd. Ik heb zoveel meegemaakt. Zoveel heb ik moeten doorstaan. Huilend zat ik soms aan de etenstafel. Huilend stond ik soms op de weegschaal. Huilend als ik weer met mijzelf werd geconfronteerd.
Tientallen cognitieve schema’s ingevuld, geanalyseerd en vanuit andere visies bekeken. Een stoplicht gemaakt om mijn hevige emoties rustig te krijgen. Vertrouwen opgebouwd met therapeuten. Vertrouwen opgebouwd in mijzelf. Ik heb grote overwinningen gehaald. Een gezond gewicht. Een gestructureerd eetpatroon. Een braakvrij leven. Ik ben zelfverzekerder en stabieler. Ik wil gelukkig zijn. Dit is niet afhankelijk van hoe dun je bent of hoe weinig je eet. Ik heb nu zelf controle. Controle over mijn leven.
Glimlachend en zelfverzekerd loop ik de trap omhoog. Mijn gedachten gaan over en weer. Dat het zover is gekomen. Ik pas hier niet meer. Het is donderdagochtend 28 augustus. Vandaag is het einde van mijn behandeling op afdeling eetstoornissen. Ik haat dit woord. Eetstoornis, stoornis, gestoord. Ik ben niet gek. Ik ben gezond. Ik ben beter.
Door Anouk
Geef een reactie