Sterk zijn, want dat moet. Altijd sterk zijn, ook als je het eigenlijk even helemaal niet kunt. Gedurende mijn proces is mijn glas doorgaans halfvol geweest en sprak ik mijzelf, soms tegen beter weten in, toe dat positief denken helpt. Jezelf ook in de mindere perioden bemoedigend toespreken met woorden van troost en hoop helpt om die donkere wolken wat makkelijker te doorbreken, zodat ze je niet verstikken. Het heeft me ook écht geholpen.
Even terugblikken
Ik was 25 toen mijn eetstoornis zich ontwikkelde en 26 toen de specialist er het stempeltje ‘anorexia nervosa’ op plakte. Mijn eerste gedachte: Een eetstoornis, waar komt dat nu ineens vandaan? Het traject ervoor ging ongelofelijk snel. Ik kan me nog herinneren dat ik tijdens het sporten en ‘gezond eten’ dat ervoor af ging totaal niet in de gaten had dat ik met deze zelf aangemeten en overtuigende gezonde levensstijl aan het afstevenen was op een alles in beslag nemende en dodelijke ziekte.
Een lange weg
Er volgde een lange weg gevuld met hobbels onderweg en gedurende drie-en-een-half jaar volgde ik meerdere keren per week therapieën om aan te komen in gewicht, maar ook om te achterhalen wat de oorzaak van mijn eetstoornis was. Ik kwam aan in gewicht tot mijn oorspronkelijke gewicht en leerde over mijn eetstoornis. Weg ging het helaas niet. Op een zeker moment was ik ‘therapie-moe’ en besloot ik de therapie te stoppen. Ik had een gezond gewicht en wilde gaan LEVEN. Ja, met hoofdletters want door al die jaren therapie voelde het voor mij of mijn leven had stil gestaan. Ik wilde eindelijk eens gaan leven zoals normale mensen dat deden.
En zo geschiedde. Ik stopte met therapie en ging intensiever aan de slag met het afronden van mijn afstudeeronderzoek. Toen, vrij onverwacht, verbrak mijn ex-partner onze relatie na viereneenhalf jaar samen te zijn geweest. Het kwam als een enorme schok. Hij had iemand anders ontmoet en hoewel ik me realiseerde dat hij het met mij en mijn ziekte niet makkelijk had gehad, was het heel pijnlijk en vernietigend voor mijn vertrouwen in relaties en mannen. Ik ging op slot.
Je moet door
Welgeteld zeven volle dagen heb ik het toegestaan te rouwen om dat wat was geweest, maar niet meer was. Ik ging slapen, kapot van verdriet, en deed de dag erna mijn huilende ogen weer open, beseffend dat diezelfde hel van de dag ervoor opnieuw begon. Het verdriet leek nooit te stoppen. Eigenwaarde of ‘stevig op je eigen benen gaan leren staan’ waren termen en uitdrukkingen waar ik op spuwde; een ver-van-mijn-bed-show. Ik weet nog goed dat mijn moeder me beloofde dat de dag zou gaan komen dat ik nieuwe herinneringen zou gaan opbouwen.
Na een week tranen met tuiten huilen, leeggezogen worden door verdriet, raapte ik mijzelf bij elkaar, ingegeven door een kracht in mezelf waarvan ik niet wist dat ik het had. Ik knokte voor mijn leven en voor mijn toekomst en leverde binnen een maand mijn scriptie in om vervolgens anderhalve maand erna af te studeren met een acht. Wauw! Weer twee maanden later vond ik mijn eerste baan. Een jaar later had ik mijn intrek in mijn huisje. Het leven begon mij weer toe te lachen! Met de eetstoornis ging het mondjesmaat ook steeds beter. Die periode is zoveel betekenend geweest voor mij, omdat het heeft bewezen naar mezelf dat ik waardevol en goed genoeg ben als mens.
En dan toch sluipt het er weer in…
En dan toch komt er dan weer dat moment waarop je jezelf realiseert dat het nog niet voorbij is. Met jouw beste bedoelingen houdt de eetstoornis zich koest en blijft in een hoekje van jouw bewustzijn op de loer liggen, wachtend op het moment dat hij weer toe kan slaan. Ondertussen denk jij dat je hem verslagen hebt en je voelt je sterk, machtig zelfs. De interrumperende invloed van de eetstoornis leek van voorbijgegane aard. Think again please… No thanks.
Deze sterke overtuiging verdween bij mij op het moment ik na een jaar vrijgezel te zijn geweest mezelf weer in de datingwereld ging begeven. Langzaam maar zeker kwamen de zo bekende eetstoornis gedragingen weer terug de kop opzetten en kreeg de anorexia weer meer de overhand. En opnieuw had ik weer niets door, ik stond erbij en keek ernaar. Iets met een ezel en een steen? Inmiddels ben ik elf maanden verder en besef ik dat ik therapie nodig heb vanwege een ‘oude kwaal’.
Andere insteek
Ik heb geaccepteerd dat ik mijn leven zal moeten leiden met een bepaalde beperking, iets dat het voor mij lastiger zal maken om de normale dingen te doen. De eetstoornis zal wellicht nooit helemaal weggaan, maar desondanks kan ik genieten van het leven. Ik kan genieten van mijn werk, van een hele lieve familie en geweldige vrienden om mij heen. Ik kan intens gelukkig zijn wanneer ik thuis ben en mijn plek gezellig maak. Ik kan ook oprecht trots zijn op de stappen die ik heb gezet. Ik ben geen slachtoffer van het leven of van de anorexia, maar krijg de kans mijn kracht te voelen. Ik wil leven, ik wil elke dag die voorbij gaat en nooit meer terugkomt zoveel mogelijk meemaken, want ik realiseer me dat ik ouder word en mijn geliefden om mij heen ook. En dus ben ik sterk, lach ik verdriet soms weg en blijf ik mijn positieve mantra’s herhalen.
Breekpunt
Heel lang heeft dit positief denken mij gesterkt en vooruit geholpen, maar het lijkt alsof ik de laatste paar weken een breekpunt heb bereikt. Alsof de laatste traan de emmer met tranen heeft doen overlopen. Een recente afwijzing van een man heeft wat in me doen afbrokkelen, waardoor het halfvolle glas is omgevallen en leeggelopen. Ik voel me ineens enorm somber en neerslachtig en mijn mantra’s helpen me nu niet meer om de positiviteit weer in mijn systeem op te laden. Elke hap die ik eet kost nu moeite, elke dag dat ik me houd aan mijn nieuwe sport ritme voel ik het innerlijke protest en elke dag waarin ik in mijn spijkerbroek schiet, die te strak om mijn huid spant, voelt als een verloren dag. Nee, ik heb geen medelijden met mezelf en gebruik het niet als een excuus om in zelfmedelijden weg te kwijnen. En toch is het verdriet toelaten soms ook gewoon heel fijn.
En dus probeer ik het er nu te laten zijn. Wanneer ik moet huilen, huil ik. Wanneer ik boos wil zijn op mezelf of op de eetstoornis, dan ben ik dat. Wanneer ik alleen moet zijn om dingen voor mezelf op een rijtje te zetten en te verwerken, dan pak ik die ruimte. Wanneer ik het moeilijk heb met mijn lichaam of met het eten dat ik moet nemen, dan laat ik de frustraties en angsten die dan opkomen zoveel mogelijk toe. Niets gaat over rozen, je moet altijd langs de stekels heen zien te komen.
Het mag er zijn
Wat ik eigenlijk probeer te zeggen is dat het normaal is om zo nu en dan even er doorheen te zitten. Iedereen heeft een breekpunt, dat moment dat het lachen even je mond heeft verlaten en je niet meer weet hoe je je toekomst voor je moet zien. Eetstoornis of niet, die periodes kent ieder mens. Sterk zijn is goed en kan je heel ver helpen, zelfs voorbij wat je zelf dacht dat mogelijk is. Ja, ik geloof er echt heilig in dat iedereen hier zoveel sterker is dan zij zelf denken.
Wees mild voor wat je voelt. Je mag breekbaar zijn, steun nodig hebben en wanneer ineens die eetstoornis weer terugkomt na tijdenlang onder de radar te zijn gebleven, dan verdien jij het om dat stemmetje in jouw hoofd weer wat meer aandacht te geven. Zodat hij zich uiteindelijk weer koest houdt en zich weggepest voelt. Het glas is halfvol en zo moet het denk ik ook zijn, omdat jouw geest daarmee met de tijd leert positief te denken. Het mag af en toe ook echt even goed bijgevuld moeten worden. Zo vaar ik nu, met een slechts half gevuld glas met een heel akelig goedje erin, zuur en bitter tegelijk, wat ik met veel tegenzin opdrink.
Ik stop niet met vechten, elke dag is weer een dag om overwinningen te boeken en het plan te blijven volgen, maar vandaag de dag mag het drankje me niet smaken. Er komt vast weer een dag dat het me wel goed smaakt…
Geef een reactie