Eenzaamheid: ik voelde me leeg en onecht
Het is moeilijk om eenzaamheid met anderen te delen. Er wordt gezegd dat mensen met een eetstoornis vaak erg eenzaam zijn. In mijn eigen leven maakte ik een periode van diepe eenzaamheid mee toen ik in een ander land woonde. Mijn leven voelde leeg en onecht. Ik schaamde me, want ik had ervoor gekozen om naar een ander land te vertrekken. Ik praatte met niemand over mijn eenzaamheid, want het voelde alsof ik een mislukkeling was.
Eenzaamheid doet pijn, maakt ziek en verdrietig. Ik las ergens dat meer dan veertig procent van de Nederlanders eenzaam is en één op de tien in ernstige mate. Ieder mens, van jong tot oud, voelt zich weleens eenzaam. Momenten waarop je geen aansluiting voelt bij andere mensen, of waarop je naar contact verlangt en het er niet is. "Eenzaamheid hoort bij het leven", zegt Anja Machielse dan ook in het programma De Publieke Tribune. Zij is filosoof en doet aan de Universiteit voor Humanistiek in Utrecht onderzoek naar eenzaamheid en sociaal isolement.
Elisabeth Riphagen is moeder, schrijfster en sinds 2022 gastblogger bij Proud2Bme. Ze schrijft over haar ervaringen met een langdurige en verborgen eetstoornis en met ongeneeslijk ziek zijn. Over de lessen die ze heeft geleerd en wat ze jou daarvan wil meegeven. Regelmatig verschijnen er blogs van haar op Proud2Bme. Wil je meer van haar lezen? Dat kan via de tag 'Elisabeth blogt'. Haar voorstelblog, in de vorm van een interview, vind je hier
"Je hoeft absoluut niet alleen te zijn om je eenzaam te voelen, je kunt juist omringd zijn door mensen en toch heel eenzaam zijn. Het is een gemis aan verbinding. Je voelt dat je er niet bij hoort. Je wilt wel maar je weet niet hoe je je in moet voegen. Je snakt naar verbinding, maar hoe doe je dat?"
Een meisje met een eetstoornis vertelt me: "Ik weet hoe eenzaamheid voelt. Eenzaamheid is een vreselijk gevoel. Je wilt graag contact hebben met anderen, maar het lukt niet. Ik zoek naar een vriendin, maar kom haar niet tegen. Ik zoek naar vriendschap en wil een praatje maken, maar het lukt niet. Ik doe echt mijn best. Hoe hard ik het ook probeer, alles mislukt. Ik weet niet hoe ik het kan krijgen." Het meisje kijkt me diep verdrietig aan. Ze vertelt verder: "Misschien is het wel de eenzaamheid geweest die de eetstoornis bij mij veroorzaakte. Ik stond overal alleen voor. Ik had niemand met wie ik kon praten. Ik probeerde het wel, maar ze deden net alsof ze mij niet zagen. Als het na vele pogingen niet lukte, ging ik toch weer alleen zitten. Het ergste was dat ik steeds negatiever over mezelf ging denken. Ik begon aan alles te twijfelen en kwam in een negatieve spiraal terecht." Ze kijkt me radeloos aan en roept: "Waarom lukt het wel bij anderen en niet bij mij?"
Samen vinden wij, het meisje en ik, een oplossing. Ze is een mooie vrouw. Ze heeft het hart op de goede plek zitten. Ze heeft talenten en capaciteiten. Alleen ze vertrouwt zichzelf niet meer. En de eetstoornis werkt ook niet positief mee. Ik vraag haar welk werk ze het liefst zou willen doen. "Werken met jongeren die eenzaam zijn", antwoordt ze dapper. "Ik durf het niet, want hoe kan ik anderen helpen als ik mezelf stik-eenzaam voel?" "Door de sprong gewoon te wagen", antwoord ik. Ze is moedig en waagt het.
Een tijd later kom ik haar tegen op straat. "Hoe is het met jou?", vraag ik. "Je gelooft het niet", antwoordt ze. "Ik mocht werken in een instelling met eenzame jongeren. Toen gebeurde er iets met mij. De jongeren merkten dat ik hun problematiek begreep. Ze kwamen steeds dichter naar mij toe. Langzaam kroop ik uit mijn schulp. De leiding wilde mij niet meer kwijt en heeft mij na een maand een vast contract aangeboden." "Wat is jouw geheim?", vraag ik haar. "Ik zet mijn eigen eenzaamheid in om andere jongeren met eenzaamheid te helpen. Er is echt een wonder met mij gebeurd. En met de eetstoornis gaat het steeds beter. Ik ben er bijna van af."
Ik kijk haar blij aan. Ze heeft het gewaagd en ze heeft gewonnen!
Gerelateerde blogposts
Reacties
ik ben met nieuw werk bezig, en ik draai nu mee en het heet elisabethdael, leuk he? het is een bejaardenhuis.
Ik voelde me als jongste niet gewenst door overige gezinsleden. (Denk na de dood van moeder ( 96) geen contact meer met iemand uit de familie te hebben).
Pedagogisch onmachtige en overbelaste ouders erbij die er vanuit hun traditie dat kinderen zichzelf wel opvoeden. Op school had ik (waarschijnlijk door het gebrek aan socialisatie) geen aansluiting.
Dus ja ,op naar de buren, de buurt, de velden , whatever waar , iig elders etc etc . Op zoek naar veiligheid en misschien gezien worden.
In bepaalde levensfasen (20/30 er) was het nog wat mogelijk verbinding te ervaren .
Zo loop je de rest van je leven met je ziel onder de arm rond, op naar het volgende adres maar nergens thuis. Die plekken zijn overigens ook geminimaliseerd met de jaren.
De finale klapper was na mijn 40 ste; onvrijwillig verhuisd, uitgevallen door depressiviteit (latere gevolgen jeugdtrauma, cptss), en daarna hielden bijna al mijn vriendschappen wel op, ik kon de rol van leuke gezellige vriendin niet meer volbrengen.
Relatievorming had ik toen al lang afgezworen, door slechte ervaringen. De rest had zich grotendeels teruggetrokken in samenwonen en huwelijken. (Doorgaans ben je dan van toegevoegde waarde.) Toen ben ik echt langdurig vereemzaamd .
Jarenlang grotendeels enkel contact gehad met ggz figuren en anderen die beroepshalve met je omgaan.
Van een positief zelfbeeld of zelfvertrouwen is dan ook geen sprake meer.
Tegenwoordig zie ik het als training om een uur of twee/ drie onder mensen te zijn. Daarna is doorgaans de koek wel echt op bij mij.
Ik blijf -voor wat ik kan opbrengen- dingen proberen, maar het blijft een hoop gemodder, van binnen met de ziel onder de arm, van buiten ga je dat niet etaleren uiteraard.