Herstellen is als schaatsen

 

Het kraakt en het is glad. Spiegelglad. Het voelt te glad, te eng. Alles hangt af van die twee ijzertjes onder mijn voeten. Alle ballast en tegelijkertijd al mijn vertrouwen rust op het evenwicht wat ik hierop moet zien te vinden. Ik hou mij vast aan de rand of aan de hand van de persoon die met mij mee is en ziet dat ik wel een handje kan gebruiken. Ik mag mij vasthouden en proberen te blijven staan, of gewoon even leunen en mij vooruit laten duwen. Ik mag proberen te glijden en voelen wat er gebeurt. Fijn dat dat mag.

Voor nu is dat het veiligste. Voorzichtig langs de kant blijven met alle hulp binnen handbereik om overeind te blijven. Maar alleen daarvoor ben ik niet gekomen natuurlijk. Ik wil naar het midden, daar waar ik de ruimte heb om vrij te kunnen bewegen en te doen wat ik wil. Daar waar ik de baas ben over mijn eigen lichaam en waar ik zelfstandig overeind kan blijven. Waar ik de balans vind op diezelfde twee gammele ijzertjes, maar waar ik toch het evenwicht op heb weten te vinden. Dat is voor later, iets om naar uit te kijken. Voor nu is het nog belangrijk om mijn eerste angsten te overwinnen en te voelen dat mijn lichaam sterk genoeg is om overeind te blijven. Alles op z’n tijd. 

Misschien heel voorzichtig zelf proberen. Ik kwam om te schaatsen, dus dat ga ik proberen. Langzaam durf ik de hand steeds iets meer los te laten. Vlug pak ik hem daarna weer stevig vast, om hem daarna opnieuw los te laten. Tot ik mijn eigen balans heb gevonden. Daar ga ik! Ja daar ga ik! Zie je wel dat ik het kan! Helemaal zelf!

Ineens voel ik een schok. Ik weet niet of het van buitenaf komt of dat ik van binnenuit mijn evenwicht verlies, maar ik ben uit balans. Ik probeer met wilde bewegingen en in paniek mijzelf nog te redden en ergens houvast te vinden maar ik voel dat de val al is ingezet. Vanaf dat moment lijkt de val eeuwig te duren. Ik zie het harde, koude ijs steeds dichter op mij af komen en ik probeer mij voor te bereiden op de klap die gaat komen. De klap is altijd harder dan ik denk. Daar lig ik dan. De doffe klap doet pijn aan mijn lijf en de kou klampt zich aan mij vast. Ik wil niet meer. Ik wil niet meer vallen. De steun die ik eerder had om mij aan vast te houden bleek te ver om mij op te kunnen vangen, maar behalve wat blauwe plekken en de schrik die nog in mijn lichaam zit, merk ik dat het na een tijdje wel weer gaat. Langzaam komt de motivatie terug en herpak ik mijzelf. Voorzichtig durf ik weer op te staan. Ik zoek steun op het ijs en klim weer overeind. 

‘Ik kwam om te schaatsen,’ spreek ik mijzelf streng toe. Dus daar gaan we weer. De hand waar ik in het begin op kon steunen blijft dichtbij. Ver genoeg om het mij weer zelf te laten proberen, dichtbij genoeg om mij te helpen wanneer ik dreig te vallen. De angst voor het vallen is niet weg, maar de vorige val heb ik ook overleefd. Er gaat geen valpartij meer komen waar ik niet van op kan staan. Blijven oefenen.

Het gaat iets makkelijker. Het voelt nog ontzettend instabiel en mijn benen beven nog geregeld, maar de laatste keer dat ik viel ligt met elke minuut verder achter mij. Ik durf langzaam iets rechter op te gaan staan en iets meer vaart te maken. Met die snelheid voel ik ook het risico op een misser toenemen, maar bij elk foutje weet ik mijzelf tot nu toe steeds weer op tijd te herstellen. De angst verdwijnt met elke bocht die ik succesvol weet te maken en er is ruimte voor plezier. Met volle teugen kan ik genieten van de sierlijke bewegingen die ik maak op het ijs. Het ijs is niet minder glad geworden, ik ben beter geworden. Ik ben sterker geworden. Sterk genoeg om mijzelf overeind te houden, maar ook sterk genoeg om mijzelf weer te laten opstaan als ik ben gevallen. Sterk genoeg om naar de kant te roepen als ik hulp nodig heb, waar die helpende hand nog altijd kijkt of ik het in mijn eentje red. 

Ik heb niet de zekerheid dat ik dan die pirouette kan, maar wel de zekerheid dat ik hem op kan vangen als het misgaat. Het zal pijn doen, maar daarna zal ik het weer opnieuw kunnen proberen. Oefening baart kunst. Als ik veel oefen, kan ik ook veel. 

Herstellen is als schaatsen. Het is eng en voelt instabiel, onveilig zelfs. Door veel te oefenen kun je die balans vinden, hoe moeilijk het in het begin ook was om op die ijzertjes te vertrouwen. Het zal minder koud worden en minder eng, want je word steeds beter. Jouw lichaam heeft de kracht om overeind te blijven. Net als dat je lichaam de kracht heeft om op te staan na een val. Ik kom om te schaatsen, dus dat ga ik proberen. Dat het eng is en dat ik het nu nog niet kan, betekent niet dat ik uiteindelijk zal falen. Ik kom om te leven, dus dat ga ik proberen. Jij toch ook?

Bron: riciardustmatt

 

Gerelateerde blogposts

Reacties

Annemiekxm - Woensdag 7 maart 2018 10:35
Echt mooi geschreven! Het is helemaal waaršŸ¤—
Pepper - Woensdag 7 maart 2018 11:20
Wat een prachtige vergelijking! Heel mooi geschreven, Daphne!
muus83 - Woensdag 7 maart 2018 18:17
Mooie metafoor hoor! Thnx weer Daphne! šŸ˜˜
Ina - Donderdag 8 maart 2018 20:53
Jeetje, wat super mooi geschreven en zĆ³ waar.