Het blijft me achtervolgen. Razend. Woest. Ik ren maar ik val. Ik val in het diepe. Langzaam, langzaam krabbel ik weer omhoog. Omhoog uit de diepe put, uit de diepe put van Mister a. Ik neem afscheid, afscheid van mijn lichaam met ondergewicht. Ik neem afscheid van mijn “spaghettibeentjes” zoals een vriendin het noemde. Ik neem afscheid van de botjes die anderen wel zagen maar ik niet. Ik heb namelijk na 7 weken ziekenhuis en 18 weken kliniek mijn minimum gezond gewicht bereikt.
In mijn hoofd hoor ik hard geschreeuw, boos geschreeuw: “Wat heb je gedaan vies, vet varken.” Ja, wat heb ik gedaan? Ik heb gevochten. Ik heb gevochten tegen de grote oorlog in mijn hoofd. En ik vecht nog steeds want Mr A kent geen wapenstilstand. Nu ik op gezond gewicht zit lijkt de chaos in mijn hoofd soms zelfs nog wat erger te worden. Bang, dat maakt me bang. Bang, dat ik mijn hele leven Mr A in mijn hoofd hoor schreeuwen hoe afschuwelijk ik wel niet ben. Bang dat ik mezelf nooit kan gaan accepteren zoals ik ben. Bang, gewoon heel erg bang.
Ik probeer positief te blijven maar wat is dat lastig zeg als ik in mijn hoofd de hele tijd krijg te horen hoe stom, lelijk en dik ik wel niet ben. Ik staar naar mijn gezicht in de spiegel, ik zie weer een twinkeling in mijn ogen die eerst verdwenen was. De eerste gedachte die bij me op komt is dat ik een te bol gezicht heb gekregen. Tranen, ik voel ze in overvloed maar vallen dat doen ze niet. Volgens mijn vijand, Mr A, kan ik nooit iets goed doen. Het had me beloofd dat het beter ging worden, dat alles beter zou zijn als ik af zou vallen maar door Mr A werd alles slechter en slechter. Ik haat je, Mr A, ik haat je vreselijk.
Waarom gun je het me niet om te herstellen? Te herstellen van jou, deze vreselijke ziekte. Ik wil dit niet meer, ik wil hier, in de kliniek niet meer zijn. Ik wil naar huis. Naar huis en kunnen genieten, genieten van mijn leven. Maar jij houdt me keer op keer weer tegen. Ik wil vechten, maar ik kan soms niet meer. Ik voel me zo op. Zo moe. Moe van het dagelijkse gevecht in mijn hoofd.
Het voelt alsof je mij vastgebonden hebt aan een touw en jij aan de andere kant me mee wilt trekken, mee naar het pad van niets voelen en veiligheid. Maar is het wel echt veiligheid en in hoeverre is niks voelen een goed iets?
Ik mag er niet zijn van jou. Je wilt dat ik weer zieker wordt. Je wilt dat ik weer meer van jou ben. Je wilt dat ik meer naar je luister. Maar wat nou, wat nou als ik dat niet meer wil? Ik herhaal constant in mijn hoofd: “Je wilt niet meer terug naar die hel, Faye denk na.” Maar toch, toch trekt iets aan me. Toch heb ik ontzettend veel gedachtes over weer willen afvallen en niet meer willen eten. Verdrietig, ik word er ontzettend verdrietig van. Ik had heel erg gehoopt dat naarmate ik weer hoger in gewicht zou komen, Mr A ook volledig weg zou gaan, maar dat is helaas nog lang niet het geval… Opgeven is geen optie, ik moet door, ik moet doorblijven vechten, want een leven met Mr A is absoluut geen leven…
Wil jij ook een gastblog, dankwoord of jouw verhaal laten publiceren op Proud2Bme? Mail dan je verhaal in een Word bestand met twee foto’s in een aparte bijlage naar redactie@proud2Bme.nl
Geef een reactie