Anorexia en geobsedeerd door eten

 

Altijd vrolijk, vol energie, ondernemend, leergierig en avontuurlijk. Dat was ik als 16-jarig meisje. Althans, dat was ik voor de buitenwereld. Van binnen was ik daarnaast ook heel erg onzeker, perfectionistisch en snel jaloers, maar er was niemand die dit zag. Ik wilde perfect zijn net zoals andere meiden op school: net zo dun, mooi en geliefd. Dit perfectionisme heeft me veel opgeleverd, maar vooral heel veel afgenomen. Het zorgde ervoor dat ik steeds dieper daalde, steeds ongelukkiger werd en al mijn fijne eigenschappen steeds meer kwijtraakte….

Na 3,5 jaar een vriendje te hebben gehad die me altijd vertelde dat ik goed en mooi genoeg was en me altijd tegensprak als ik weer eens zei dat ik te dik was, moest ik alleen verder. Het was mijn eigen keuze, ik was niet meer verliefd. De eerste weken als ‘single’ leek het de beste keus ooit, eindelijk wat meer tijd voor mezelf, mijn vriendinnen en familie. Tijd die ik goed kon gebruiken, aangezien mijn agenda altijd propvol zat met allerlei bezigheden. Hard werken voor mijn vwo, oppassen op buurkindjes, leuke dingen doen met vriendinnen, een fijn bijbaantje bij de bakker, turnen en al jong verre reizen maken naar landen als Marokko en Peru.

meisje

Vooral het reizen bleek een grote passie te zijn, waarvan ik al jong wist dat het bij me paste. Mijn wens werd al snel om de hele wereld te bezoeken en veel onderweg te zijn. Maar, eerst moest ik van mezelf mijn vwo-diploma halen met een goede cijferlijst en veel geld verdienen. Hard werken en daarnaast veel andere dingen doen, dat was toch zoals het hoorde? Zoals iedereen dat deed? Goede punten halen, een sociaal leven met veel vrienden en tegelijkertijd ook sporten, werken en vrijwilligerswerk doen, dat deed toch iedereen? Dit was wat ik dacht, wat ik in mijn hoofd zette en wat er lange tijd niet meer uit ging.

Alles moest beter, sneller en meer. Op school wilde ik uitblinken en hoge cijfers halen en tegelijkertijd vond ik het heel belangrijk dat iedereen me zag staan en leuk vond zoals ik was. Naar mijn idee was dit niet zo. Ik vond mezelf lelijk, dik, niet leuk genoeg en dacht dat niemand me zag staan. Anderen hadden meer vrienden, waren dunner, mooier en succesvoller. Ik besloot dat daar verandering in moest komen. Naar mijn idee zouden mensen me wel gaan zien als ik mooier werd en meer in het standaardplaatje zou vallen. Daar hoorde een dun(ner) en sportiever lichaam bij.

Aangezien ik nooit zo veel sportte en nu toch tijd genoeg had, besloot ik te beginnen met hardlopen. Tegelijkertijd lette ik erop dat ik wat minder zou snoepen: maximaal één lekker product per dag. De eerste weken liep ik x kilometer hard en at ik ietsje minder. De kilometers werden meer, terwijl het eten steeds minder werd. Van bijna niks lekkers eten naar helemaal niks lekkers meer eten. Ik vond dat ik het niet verdiende om lekkere dingen te eten en vond mezelf zwak als ik wel toegaf aan lekker eten. Meiden op school namen een salade mee voor in de pauze, of aten zelfs niks. Dit triggerde me enorm en bevestigde dat ik (lekker) eten niet verdiende. De opmerkingen van mijn moeder die zei dat de meiden op school het alleen deden om op te vallen en dat ze thuis waarschijnlijk allerlei lekkere dingen aten, gingen totaal langs me heen. Ik moest en zou net zo slank en liever slanker worden dan zij waren.

De kilo’s vlogen er heel snel af en ik was megatrots op mezelf als ik weer een dag had doorgebracht zonder iets ‘slechts’ te eten. Bovendien voelde ik me onrustig en nutteloos als ik niet genoeg bewoog, ik moest van mezelf elke week een keertje hardlopen. Het voelde geweldig dat ik elke week wat verder kon lopen, terwijl ik steeds minder eten nodig had. Tegelijkertijd kreeg ik complimentjes van mensen dat ik er goed uit zag en ze het heel knap vonden dat ik in zo’n korte tijd wat was afgevallen. In het begin kon dit geen kwaad, ik mocht namelijk best wat kilootjes kwijt. Echter, de mening van de buitenwereld was cruciaal voor me en de opmerkingen zorgden ervoor dat ik nog dieper zakte in mijn eetstoornis, waarvan ik me toen nog niet bewust was.

Al snel kreeg de buitenwereld door dat ik wel heel weinig at, heel veel afviel en bij steeds meer afspraken niet kwam opdagen. Mensen spraken hun zorgen uit, maar ik wilde in het begin zeker niet luisteren. Ik een eetstoornis?! Doe niet zo gek! Ik ben een meisje dat altijd dol is geweest op eten en dat altijd zal blijven. Tuurlijk, ik was ook nog steeds heel erg dol op eten, maar dat eten stond ik mezelf niet toe. Ik vond het geweldig te zien als anderen meer aten dan ik, dat is wat me sterk en zelfverzekerd maakte. De eetstoornis werd steeds gelukkiger en ik steeds ongelukkiger.

Toen ik op een ochtend zonder ontbijt ging hardlopen, was het voor mijn moeder mooi geweest. Ze dwong me op de weegschaal te gaan staan. Nog één kilo extra eraf en ik moest mee naar de dokter. Dat duurde niet lang, een week later zat ik huilend in de wachtkamer. Ik schaamde me enorm, voelde me machteloos en had het gevoel dat ik ontzettend had gefaald. Dit was het eerste moment dat ik besefte: hoe heb ik het ooit zo ver laten komen?! Dit paste helemaal niet bij mij!

De dokter dacht er anders over, ze vond dat alles op z’n plek viel: een onzeker, perfectionistisch en slim meisje dat er graag bij wilt horen. Een paar prikkels rondom eten en het is snel gedaan. Ik kreeg de diagnose anorexia en met tranen in mijn ogen ging ik terug naar huis.

De periode die volgde was enorm zwaar, moeilijk en verdrietig. We probeerden eerst een behandeling bij een reguliere psychologenpraktijk, maar als snel gaven zij aan dat mijn klachten te extreem waren. Ik werd doorverwezen naar een ambulante GGZ-instelling, waar ik gelukkig snel terecht kon. Daar begon het vechten, samen met mijn behandelaars, ouders en zus. Elke week op en neer, verschillende behandelaars en mijn ouders die thuis de vingers aan de pols hielden.

De anorexia vond het allemaal reuze mee vallen, aangezien ik ‘alleen maar’ ambulante zorg nodig had. Een ziekenhuisopname was nog lang niet nodig, dus zo ernstig was het allemaal niet met me gesteld. Echter, het was wel degelijk ernstig. Ik kon niet meer genieten van mijn leven en deed mijn ouders en mijn zus heel veel verdriet. Het was een donkere periode thuis met veel ruzie en onbegrip. Tegelijkertijd ging ik zelf nauwelijks de deur uit, alleen om naar school te gaan.

Hoewel de anorexia nog steeds flink werd gevoed, voelde mijn ‘gezonde ik’ dat ze enorm had gefaald. Meiden van mijn leeftijd gingen uit, hadden vriendjes en ontdekten de wereld. De kans om met school op reis te gaan naar Indonesië werd me door de artsen en mijn ouders afgenomen, dit zou mijn lichaam nooit vol kunnen houden. Wat was ik boos en verdrietig! Die verdomde eetstoornis pakte me ook nog mijn grootste passie af. Ik lag daarentegen thuis op de bank, was continu bezig met eten en verloor veel vriendinnen. Dat laatste deed me verschrikkelijk veel pijn, maar ergens probeerde ik ze ook te snappen: ik was niet leuk om mee om te gaan en al helemaal niet gezellig, ze waren beter af met iemand anders.

Helaas maakten die gedachten me nog verdrietiger dan ik al was. Omdat ik mezelf niet compleet wilde verliezen en behoefte had voldoening te halen uit iets anders, had ik mijn zinnen compleet gezet op mijn schoolcarrière. Ik leerde me dag in dag uit kapot en had een nieuw doel: cum laude mijn diploma binnen slepen. Elke 8 die ik haalde maakte me blij en ik begreep niet dat mijn ouders liever zagen dat ik eens thuiskwam met een 6 of zelfs een 5. Naderhand begrijp ik hen maar al te goed, andere dingen in het leven zijn net zo belangrijk als school.

Toch behaalde ik mijn doel en slaagde inderdaad cum laude. Tegelijkertijd ging het steeds een klein stukje beter. De behandeling hielp en ik durfde steeds meer dingen weer te eten. Het gevoel dat ik zoveel mocht en kon eten als ik wilde, vond ik stiekem heel fijn en ik was toen al bang voor het moment waarop het niet meer zou kunnen. Ik was geobsedeerd door (lekker) eten: wilde alles zien en aanraken, maar durfde nog lang niet alles in mijn eigen mond te stoppen. Ik kon uren door de supermarkt dwalen om alleen te kijken naar lekker eten. ‘Ooit kan ik dit ook weer eten’ ging continu rond in mijn gedachten. Gelukkig zette ik snel stappen en na een korte tijd durfde ik (bijna) alles weer te eten. De porties waren nog niet enorm en ik had nog veel behoefte aan controle over mijn eetpatroon, maar ik at weer normale hoeveelheden en kon weer redelijk goed voor mezelf zorgen.

Die zomervakantie deed me heel goed en ik was klaar voor een nieuwe uitdaging: studeren in Utrecht. Ik was ontzettend toe aan een nieuwe start, een nieuw begin en nieuwe mensen die me leerde kennen als Puck en niet als ‘het meisje met anorexia’. De eerste weken waren doodeng, maar bevielen heel goed. Ik ontmoette leuke nieuwe mensen, had het naar mijn zin en maakte hele lieve nieuwe vriendinnen die me namen zoals ik ben.

Ik besloot het eerste studiejaar thuis te blijven wonen om sterker te worden en de eetstoornis nog meer te overwinnen. Dit was een goede keus. Hoewel het goed met me ging, bracht de nieuwe studie nog genoeg onzekerheden met zich mee. Doordat ik tijdens de laatste twee jaar van mijn middelbare schoolperiode veel had gemist, waren veel dingen nieuw voor me. Feestjes, drinken, tot diep in de nacht uitgaan, ik moest het allemaal nog ‘leren’, terwijl mijn nieuwe vriendinnen hier al veel ervaring mee hadden. Dit vond ik in het begin heel erg lastig, ik begon te merken wat ik allemaal gemist had en was bang er niet helemaal tussen te passen of er niet klaar genoeg voor te zijn. Daarnaast had ik thuis niet veel vriendinnen meer en wilde het aankomen nog niet lukken, waardoor ik lichamelijk nog lang niet sterk genoeg was.

Hoewel ik de eetstoornis al bijna achter me kon laten, bracht ook deze periode dus veel moeilijkheden met zich mee. De onzekerheden kwamen naar boven die er ooit toe geleid hadden dat de eetstoornis ontstond. Ik moest ze onder ogen komen, op me af laten komen en vervolgens overwinnen, zonder hierbij mijn controle te zoeken in mijn eetgedrag. Dit was (en is soms nog) keilastig, maar het maakte me wel een heel sterk mens. Een mens dat inzag dat een eetstoornis je alleen maar heel erg veel ellende bezorgt en dat het leven zo veel mooier is zonder. Een mens dat zich begon te realiseren dat controle en goede resultaten zeker niet het belangrijkste zijn in het leven, maar je aandacht juist afhouden van de fijne dingen. Een mens dat weer leefde, kon genieten, met een leven waarin eten nog steeds een belangrijke maar juist een hele fijne rol begon te spelen.

meisje

Nu ik dit schrijf zijn we weer een dik jaar verder. Het jaar waarin ik er wél klaar voor was om op kamers te gaan. Hoewel ik dit ontzettend eng vond en in het begin megaspannend en lang niet altijd leuk, is het de beste keus die ik ooit heb gemaakt. Ik ben in het diepe gesprongen en heb geleerd hoe ik blijf drijven. Een jonge vrouw die voor zichzelf kan zorgen, naar haar lichaam en geest kan luisteren en zich steeds minder aantrekt van wat anderen van haar vinden. Natuurlijk word ik nog steeds af en toe geconfronteerd met stevige onzekerheden en maak ik me weleens zorgen over wat anderen van me vinden. Studie is nog steeds een belangrijke schakel in mijn leven, maar stukje bij beetje probeer ik ook dit wat meer los te laten.

Tenslotte merk ik dat mijn lichaam ook fysiek een enorme klap heeft gehad: ik ben nog steeds snel moe en kan niet alles wat mijn vriendinnen wél kunnen. Mijn stofwisseling is compleet veranderd en aankomen blijkt nog tien keer moeilijker dan afvallen, wat nog zorgt voor onbegrijpelijke en moeilijke momenten. Ik blijf alles op alles zetten om die laatste kilo’s erbij te krijgen, zodat mijn lichaam aankan wat mijn geest al wil en kan. 

Nee, ik ben niet heel lang ziek geweest en heb relatief niet veel hulp nodig gehad. Maar, dit maakt de situatie niet minder erg. De oorsprong van het probleem was de angst om controle te verliezen. ‘Toevallig’ uitte zich dit bij mij in (niet) eten, maar het had naar mijn idee met andere triggers net zo goed een alcoholverslaving kunnen zijn. Het gaat niet om waar het zich in uit, het gaat om het leven dat je wordt afgenomen.

De laatste tijd heb ik het er moeilijk mee dat ik voor mijn gevoel twee kostbare jaren van mijn leven letterlijk en figuurlijk heb verziekt. Toch probeer ik in het ‘nu’ te leven, ervan te genieten dat ik de grip op mijn eigen lichaam en leven terug heb en alle kennis die ik heb opgedaan tijdens mijn therapie in te zetten. Het heeft me een sterker, wijzer en volwassener mens gemaakt, dat openstaat voor de rest van haar leven.

Volwassen worden doet af en toe flink pijn en is enorm lastig, maar ik kan er niet omheen. Ik probeer het mezelf zo comfortabel mogelijk te maken en weet dat ik hulp mag en kan vragen als ik dat nodig heb. Genezen van mijn eetstoornis heeft me gebracht waar ik nu ben en geeft me de kans weer ruimte vrij te maken voor mijn grootste passie: in augustus vertrek ik voor een half jaar naar Canada, om daar te studeren en me nog meer te ontwikkelen tot een onafhankelijke jonge vrouw.


Wil jij ook een gastblog, dankwoord of jouw verhaal laten publiceren op Proud2Bme? Mail dan je verhaal in een Word bestand met twee foto's in een aparte bijlage naar redactie@proud2Bme.nl

 

Gerelateerde blogposts

Reacties

Odette - Woensdag 5 juli 2017 13:06
Krachtig verhaal! Zet 'm op en veel plezier en succes in Canada!
Margo - Woensdag 5 juli 2017 15:57
Wat ben je sterk, wees trots op jezelf!šŸ˜˜
Meisje14 - Woensdag 5 juli 2017 16:07
Wat mooi geschreven
m - Woensdag 5 juli 2017 16:18
wat prachtig en zo herkenbaarā¤ā¤
ik geloof in joušŸ€
ooit hoop ik dit ook te kunnen doen maar inderdaad de controle verliezen
is me allergrooste angst
toevallig heb ik gister mijn verhaal ingestuurd en hoop dat hij word gedeeld
liefs
FemkedeHaan - Woensdag 5 juli 2017 18:03
Dank je wel voor dit verhaal! Het is heel herkenbaar helaas...
Marije - Zondag 13 augustus 2017 10:57
Wauw wauw wauw, wat heb je dit prachtig geschreven ♥
Ik herken heel erg wat je zegt over kostbare jaren hebben gemist. Ik heb de hele middelbare school periode enorm geworsteld met mezelf en het leven en was daardoor met heel andere dingen bezig dan de meeste meiden. Ook ik heb het hier moeilijk mee gehad. Het leven kan een behoorlijke zoektocht zijn...

Maar gun jezelf dit zoeken en leer erop vertrouwen dat je wel vindt. Je bent hartstikke goed op weg, je durft weer te leven en te genieten en dat is prachtig om te lezen :) Uiteindelijk vind je je plekje wel en het maakt niet uit of je tegen die tijd twintig, dertig of veertig bent.

Ik wens je een onvergetelijke tijd in Canada, waarvan je vooral kunt genieten!!!