Ik leerde je kennen op de tennisbaan, je was altijd vrolijk en opgewekt, met je stralende ogen en brede glimlach. We trainden altijd samen en stiekem was ik jaloers op jouw doorzettingsvermogen en motivatie. Ook buiten de tennisbaan deelden we al snel veel dierbare momenten, onze films, logeerpartijen en tenniskampen, ik zal ze nooit vergeten.
Toen ik terugkwam van mijn stage in het buitenland voor 5 maanden bleek dat je niet meer de oude was. We gingen wat drinken in ons cafeetje, maar in plaats van de warme chocolademelk met slagroom en appeltaart, koos jij voor Thee met niets erbij. Ik vroeg je of je geen trek had en toen biechtte je me op dat je me iets moest vertellen wat verder niemand wist. Het deed me pijn te horen wat je jezelf aandeed. Maar realiseerde me, dat je ziek was. Een ziekte waarbij je hulp nodig had.. Hulp die je op dat moment nog niet wilde..
Ik besefte ook, dat het voor jou een enorme stap is geweest om het aan mij te vertellen, we hebben er lang over gepraat en over gehuild. Gelukkig kon je het na een tijdje ook aan je ouders vertellen en heb je professionele hulp gezocht. ###
Er was een lange weg te gaan, een strijd, een zwaar gevecht, maar we geloofden er beiden in… Jij kon dat! Jij was dat meisje met doorzettingsvermogen. Tuurlijk ging jij die strijd winnen! Je ging van klinieken, naar zelfhulpgroepen en naar ziekenhuizen en we zagen elkaar steeds minder. Maar het was nodig, jij had dit nodig om beter te worden. De dagen dat ik je kon zien waren voor mij zo fijn. We deden leuke dingen en konden even vergeten dat je ziek was..
Heerlijk was het toen we na een lange tijd tapas gingen eten en jij voorstelde om nog een ijsje te halen. Het ging steeds beter en beter. In september kreeg ik een kaart van je, als dank voor mijn hulp en steun, de knop was om. Jij had gewonnen! We winkelden veel, hebben samen gewerkt op een tennistoernooi, gingen stappen en brachten veel tijd met elkaar door. Je noemde jezelf ‘Rising star’ en dat was je!
Zondag 19 November 2006, een smsje: Het spijt me, maar ik lig weer in het ziekenhuis. Ik schrok me kapot.. Hoezo? Wat is er gebeurt? Je had een poging gedaan om niet meer verder te hoeven leven. Gelukkig was deze mislukt. Die middag bezocht ik je in het ziekenhuis, en na al die jaren dat ik je kende, wetend dat ik altijd alles tegen je heb kunnen zeggen, wist ik nu niets uit te brengen. Je wilde niet meer, kon de strijd niet weer aan, je was moe, op…
Je vroeg me of ik niet wilde huilen, dat was niet nodig.. Het moment dat ik op de rand van je bed zat, zal ik nooit meer vergeten, je kon niet meer en of ik dat even wilde begrijpen. Nee meis, nee natuurlijk begrijp ik dat niet! Na 2 uur knuffelen, zwijgen en glimlachen werd ik weggestuurd door de verpleegster, het bezoekuur zat erop… Ik liep naar de gang en begon keihard te huilen…
Dinsdag 21 November 2006, je belde me, je mocht uit het ziekenhuis om even te winkelen en lunchen… We gingen naar ons cafeetje, we namen allebei warme chocolademelk met slagroom en appeltaart. Jij trakteerde, volgende keer was het mijn beurt…. Je vertelde dat je weg moest uit het ziekenhuis, maar er wel therapie voor je was. Je zou donderdag je gesprek hebben waarin je te horen zou krijgen wanneer je therapie zou beginnen.
Dit was belangrijk voor je, je wilde graag weten hoe lang je zonder therapie kon.. Of dit een week was of een maand. Je wilde weten hoe lang je moest overbruggen zonder hulp. We moesten snel afscheid nemen want je moest je haasten voor de bus, met een dikke knuffel, en stralende lach en een kus namen we afscheid.
Donderdag 23 November 2006, ik had een etentje met de meiden uit mn klas, het was rond half 10 in de avond toen ik je zag bellen. Ik vond het raar, omdat je meestal eerst smste, omdat je van de afdeling moest als je wilde bellen. Maar ik dacht misschien heb ik je sms gemist, of was je niet meer in het ziekenhuis maar thuis! Ik rende naar buiten en nam op: he Meis, hoe is het gegaan vanmorgen?! vroeg ik. Maar toen ik opeens je vader’s stem hoorde aan de andere kant van de lijn wist ik dat dit
geen goed nieuws kon zijn….
Ik stond buiten op straat, ik schreeuwde, gilde, huilde…. Je poging was gelukt. Je vader vroeg of ik naar het ziekenhuis wilde komen, om je nog even te zien en afscheid te nemen. Ik kwam naar je toe. Je lag aan de beademing, maar je was hersendood, die nacht werd je van de beademing afgehaald.
Je was vrij…
Het was een mooie crematie, veel dierbaren waren er om afscheid van je te nemen. Het was een crematie die jijzelf helemaal had voorbereid. Jij had de muziek gekozen en je afscheidsbrieven geschreven. Ik had het erg moeilijk op de crematie, het was het afscheid nemen…maar dat wilde ik nog helemaal niet… We hadden nog een veel te leuke toekomst, zoveel beloftes gedaan van alle dingen die we nog zouden doen, meemaken en zien. Ik wilde geen afscheid nemen, ik was nog aan de beurt om te trakteren toch? en dat laatste afscheid was veel te kort omdat jij haast had.
En een afscheidsbrief…? NEE Fem, ik wil geen afscheid nemen…ik kan dit niet… nu niet…
Nog steeds denk ik elke dag aan je, aan je stralende ogen en brede glimlach… Onze mooie herinneringen. Maar ook voel ik me schuldig en speelt die vraag continue in m’n hoofd.. wat nou als ik… of wat nou als ik…? Maar ik krijg je er niet mee terug….
Ik hoop echt dat je gelukkig bent meis, dat je vrij bent… En ook al ben je niet meer dicht bij mij.. Je zult voor altijd bij mij zijn. Ik hou van je..
Lieve Femke, ik mis je.
Je vriendinnetje, Marlou (BOOMER!!!!)
Geef een reactie