Voor mijn eetstoornis heb ik op verschillende manieren hulp gekregen. Zo kreeg ik psychotherapie, maar heb ik ook een tijdje bij een diëtist gelopen. Daar werd mijn gewicht in de gaten gehouden en werd er een eetlijst voor me opgesteld. Ik wist dat de diëtist wist waar ze het over had, omdat ze tenslotte hiervoor had gestudeerd en dit haar werk was. Echter twijfelde ik aan haar kennis en kunde. Waarom? Mijn diëtist was te dik.
Als eetstoornispatiënt was ik ontzettend wantrouwend. Ik wist dat iedereen gelijk had toen ze zeiden dat ik meer moest gaan eten, maar ik was bang. Niemand kon mij -voor mijn gevoel- garanderen dat ik niet moddervet zou worden als ik weer normaal zou gaan eten. Mensen zeiden wel dat ik echt niet super dik zou worden, maar hoe wisten ze dat nou zeker?
Ik kon daarnaast ook gewoon niet op mijn lichaam vertrouwen. Ik wist heus wel dat mensen niet dik worden als zij gewoon normaal eten, maar ik was bang dat mijn lichaam anders zou werken. Voor een lange tijd at ik niet normaal, maar ik viel daardoor ook niet extreem af. Ik was dus bang dat ik met normaal eten echt kilo’s aan zou komen en dat mijn lichaam al het eten op zou slaan als vet.
Meestal is het fijn als een professional je advies kan geven over dingen waar jij moeite mee hebt. Als iemand ervoor gestudeerd heeft, dan zal diegene er dus wel genoeg vanaf weten om jou goed te kunnen helpen. Mijn hulpverleners vonden het dan ook een goed idee dat ik eens naar een diëtist zou gaan. Misschien dat ik haar wel zou geloven als ze mij zou vertellen dat ik meer moest eten. Misschien dat ik van haar wel aannam dat ik geen kilo’s aan zou komen.
“Ja, ook mijn diëtist was iets aan de vollere kant. Nee, niet écht veel te dik, maar zeker dikker dan ikzelf zou willen zijn. Dit vond ik soms wel lastig, want dan twijfelde ik aan haar adviezen. Als ik zoals haar zou gaan eten, zou ik er net zo uit gaan zien en dat wilde ik niet…
Door de maanden heen kwam ik erachter dat ze prima adviezen gaf, maar zelf ook gewoon, naast gezond at, soms wat extra van het leven genoot. Ze kookte graag uitgebreid voor vrienden, ging regelmatig borrelen op een terrasje en had familie die altijd en overal taart serveerde die zij dan graag weer bakte. Ze kon best een paar kilo afvallen, als ze dat wilde, maar haar lijf was met die paar kilo zwaarder ook nog gezond én… ze was gelukkig. Die combinatie maakte haar eigenlijk een heel mooi voorbeeld” ~ Saar
Toen ik voor de eerste keer de diëtist zag, had ik al direct mijn twijfels. Echter luistede ik in eerste instantie braaf naar wat ze me te vertellen had. Ze legde me uit hoe het menselijk lichaam werkt met betrekking tot voeding. Ze gaf me meer inzicht in hoe een normaal eetpatroon eruitzag en drukte me op het hart dat ik echt niet extreem aan zou komen.
Ik kreeg eetlijsten mee naar huis. Die eetlijsten waren bedoeld om weer een normaal eetpatroon te krijgen waarbij ik niet af zou vallen of aan zou komen. Bij elke afspraak moest ik daar wegen. Op die manier zouden we in de gaten kunnen houden wat deze eetlijst met mijn gewicht zou doen en zou ik dus kunnen zien dat ik niet aan zou komen.
Ik denk dat het geloofwaardiger is als iemand je dat vertelt als diegene zelf een slank lichaam heeft. Als een rokende longarts die tegen je zegt dat roken niet gezond is, neem je dat niet serieus. Advies van een tandarts met rotte tanden waarschijnlijk ook niet. Eetadvies van een diëtist die te dik is ook niet. Al helemaal niet als je een eetstoornis hebt.
Tuurlijk, er zijn zat redenen waarom iemand overgewicht kan hebben. Deze hebben lang niet altijd met simpelweg ‘te veel’ eten te maken. Dat wist ik tijdens mijn eetstoornis ook, maar toch gingen alle alarmbellen toen bij me af. Ik vertrouwde al niemand als het op eten en gewicht aankwam, maar ik vond het al helemaal moeilijk om op iemand te vertrouwen die te dik was. Dik worden was mijn allergrootste angst.
Ik keek trouwens niet alleen naar het lichaam van mijn diëtist, maar ook naar die van mijn andere hulpverleners. Als zij slank waren, kwamen ze op mij veel betrouwbaarder over dan wanneer ze wat te zwaar zouden zijn. Nu ik dit zo schrijf, weet ik dat het helemaal nergens op slaat. Elk lichaam is anders en elk lichaam werkt ook anders. Eetstoornispatiënten kunnen dat alleen heel lastig zien.
Ik denk dat ik vast niet de enige ben die een diëtiste had die zelf wel wat kilootjes af mocht vallen. Ik denk dat ik ook vast niet de enige ben die daar moeite mee had en de gesprekken daarom ook niet serieus nam. Toch zou ik graag tegen je willen zeggen dat je het een kans moet geven. Niet iedereen is te zwaar, omdat hij of zij te veel eet of problemen heeft met eten. Het is algemeen bekend dat afvallen voor de meeste mensen moeilijk is. Iemand kan het in theorie allemaal heel goed weten, maar in de praktijk is het soms vaak lastiger toe te passen.
Natuurlijk komt het geloofwaardiger over als een slank persoon je voedingsadviezen geeft, maar vergeet niet dat we allemaal mensen zijn. Hulpverleners die andere mensen helpen, hebben het zelf ook echt weleens moeilijk in het leven en hebben dan hulp van andere mensen nodig. Diëtistes kunnen het ook lastig vinden om een goed voedingspatroon vast te houden. Dat betekent echter niet dat ze niet kundig zijn en ze jou niet met de allerbeste bedoelingen van de wereld willen en kúnnen helpen.
Geef een reactie