Sterker dan de eetstoornis?

 

Een vraag die vaak aan ons gesteld wordt, is hoe we wisten dat we echt waren hersteld. Een andere vraag die regelmatig wordt gesteld en daar eigenlijk ook wel een beetje op lijkt, is de vraag hoe lang het duurde voordat we niet meer bang waren om terug te vallen. In deze blog zal ik mijn ervaringen met die vraag met jullie delen.

Het heeft best een tijdje geduurd voordat ik kon zeggen dat ik echt was hersteld van de eetstoornis. Ik weet nog goed dat ik na een behandeltraject in de kliniek weer thuis was. Daar stond ik dan. Ik had een hoop geleerd in de kliniek en het eten ging ook echt wel weer goed, maar en nu? Ik was weer thuis. Gedachtes over het eten had ik nog steeds, maar nu kon ik er niet meer aan toegeven. Er was echter geen controle meer vanuit de kliniek dus hoe moest ik dat gaan aanpakken?

Het is ook echt nog weleens misgegaan met eten toen ik weer thuis was nadat ik in de kliniek had gezeten. Nog steeds at ik bijvoorbeeld soms bewust te weinig. Ik voelde me ook echt weleens schuldig als ik meer had gegeten dan wat de bedoeling was. Ook gaf ik soms nog over. Het grote verschil met de tijd voor de kliniek was, was dat ik me heel schuldig voelde als zoiets gebeurde. Ik wist namelijk wel beter. Het was niet goed als ik aan de eetstoornis toegaf. Ik wilde helemaal gaan voor een leven zonder eetstoornis en dat zou ik op deze manier niet bereiken.

Mijn omgeving was een plek vol triggers waar ik elke dag heel bewust mee om moest gaan. Ik moest voorkomen dat ik opnieuw in de valkuilen van de eetstoornis zou stappen. Ik denk dat ik wel kan zeggen dat dit een proces van enkele maanden was waarbij ik dat zo bewust deed. Het is moeilijk om te zeggen wanneer dat precies minder werd. Ik merkte echter dat de dagen langzaam maar zeker minder gevuld werden met gedachtes over het eten en dat er meer ruimte ontstond voor andere dingen.

Ik denk dat dit ook een kwestie van gewoonte is. Als je iets vaak doet, wordt het vanzelf een gewoonte. Als je met jezelf afspreekt dat je elke keer na het plassen je handen wast, wordt dat vanzelf een gewoonte. Aan het begin moet je jezelf daar elke keer heel bewust aan herinneren, maar na verloop van tijd doe je het automatisch. Als je met jezelf dus afspreekt dat je na het eten niet mag overgeven en je houdt dat een lange tijd vol en je weet je door alle eetstoornisgedachtes heen te slaan, zal je merken dat het steeds makkelijker wordt om dat niet te doen.

Op een gegeven moment voelt het niet meer als een optie om weinig te eten, een eetbui te houden of elke maaltijd te compenseren. Je doet het dan al zolang goed dat het gewoon als zonde voelt als je het zou ‘verpesten’ door zoiets stoms als overgeven. Als het dan toch een keer misgaat, is het schuldgevoel vaak enorm groot. Dat schuldgevoel was voor mij wel een motivatie om de draad zo snel mogelijk weer op te pakken. Ik wilde dat het goed met me ging.

Mijn ervaring is dus dat je op een gegeven moment merkt dat het steeds langer goed met je gaat in de zin van dat je niet meer toegeeft aan de eetstoornisgedachtes. Ik merkte ook dat de eetstoornis me steeds minder waard werd. Alle tijd die ik voorheen in de eetstoornis stak, kon ik nu aan leukere dingen besteden.

Merken dat je genezen bent en niet meer bang zijn om terug te vallen, hangt denk ik met elkaar samen. Ik merkte dat ik op het goede pad zat toen ik opeens dacht ‘Hé, vroeger zou ik nu een eetbui hebben gehad’ of toen ik opeens weer dingen at zonder schuldgevoel en ik me daar bewust van werd. Ik zag de verandering in mijn gedrag en ik besefte me dat ik er niet meer zo over nadacht als vroeger. Toen kon ik dus wel zeggen dat ik echt goed bezig was.

Ik merkte dat ik niet meer bang was voor een terugval toen ik weer met moeilijke dingen in het leven te maken kreeg. Er zijn vrij heftige dingen gebeurd in de tijd na mijn eetstoornis, maar tot mijn verbazing ben ik niet heftig teruggevallen in de eetstoornis. Als mij iets naars in het leven gebeurde waar ik moeilijk mee om kon gaan, kwamen wel de oude eetstoornisgedachtes weer naar boven. Dat was voorheen mijn coping mechanisme. Daarom kwam het weer terug.

Toch heb ik hier nooit naar gehandeld. Ik zag heel goed wanneer ik weer de verkeerde kant op ging en ik zorgde ervoor dat ik een terugval voor was. Toen ik dus merkte dat ik super moeilijke, pijnlijke situaties niet meer uit de weg ging door me in de eetstoornis te storten, overviel me een gevoel van trots. Wauw. Ik had nooit verwacht dat dit me zou lukken en toch is het me gelukt. Ik ben sterker dan de eetstoornis.

Fotografie: withbeautiful

 

Gerelateerde blogposts