Kibbelende kinderen en een eetstoornis

 

oudersGekibbel, over en weer, over van alles. Wie er achter de computer mag, wiens beurt het is om de afwas te doen, waarom zij wel haar fiets mag buiten laten staan en jij niet. Kibbelen is een van de dingen die uniek zijn aan de relatie tussen broertjes en zusjes. Ouders worden er soms doodmoe van, van dat kibbelen. Maar broers en zussen, die kunnen het missen als het er niet meer is.

Zo ken ik een jongen waarvan de zus uit huis ging. Zijn ouders verzuchtten in de weekenden, als zus weer thuis was, dat het zo jammer was dat er steeds maar gekibbeld werd. Waarop broer en zus zich eendrachtig naar ouders keerden en zeiden: "Wij missen het kibbbelen!"

Andere kinderen in het gezin kunnen behoorlijk last hebben van de eetstoornis van hun zus of broer. Spanningen rondom de maaltijd, aanpassingen in de regels, ouders die veel tijd en aandacht geven om hun kind te helpen, maar daardoor minder tijd hebben voor andere dingen. In bijna alle gezinnen ontstaan daardoor veranderingen.

Zo heb je gezinnen waarbij de andere kinderen zich terugtrekken en hun uiterste best doen om hun ouders en zus/broer te ontlasten. Die stoppen met kibbelen, gaan hun eigen boontjes doppen (soms zelfs letterlijk) en zoeken hun steun voor hun problemen bij vriendinnen of mentoren. Andere kinderen gaan juist op zoek naar de aandacht door zich ermee te bemoeien, ruzie te zoeken en te gaan vertellen hoe oneerlijk ze het allemaal vinden. Dit even als zwart-wit schets. Daartussen zitten vele vormen.

oudersEn ouders voelen zich verdeeld. Ouders hebben het idee dat ze hoe dan ook een partij niet die aandacht kunnen geven die ze zouden willen. Soms leidt dat tot ruzie tussen ouders omdat een vader en moeder er verschillend over denken, soms leidt het tot boosheid op de eetstoornis (maar ja, dat hoort hun dochter als zijnde boos op haar). Soms leidt het tot een soort machteloze wanhoop waarin iedereen maar zijn gang gaat en maar doorgaat in de hoop dat het vanzelf weer beter gaat.

Als ik broers en zussen spreek, dan kan het twee kanten op. Of ze begrijpen er niets van en vinden dat hun zus maar weer "gewoon moet gaan eten" en dat hun "ouders moeten stoppen met zo bezorgd te zijn". Of ze zijn erg ongerust, bijv. als er sprake is van ernstig onder- of overgewicht of van vaak braken.

Ik herinner me nog die jongen van 12 jaar. Zijn zus was opgenomen geweest in het ziekenhuis met sondevoeding omdat ze zo'n ondergewicht had. Hij had meegekregen dat het kritiek was. Inmiddels waren we een half jaar verder. In de ouderbegeleiding hoorde ik dat ouders ongerust waren over hem omdat hij niet zo goed sliep en het op school niet zo goed ging. Tijd om hem ook uit te nodigen. Zijn zus was al weer bijna op haar minimale gezonde gewicht. Toen ik hem vroeg of hij nog vragen had zei hij: "Wanneer gaat ze nu dood?" In al die maanden was hij elke dag opnieuw bang geweest dat dit de dag was dat zijn zus zou sterven. Niemand had hem verteld dat dat gevaar weer voorbij was en hij durfde er niets over te vragen, hij had zich teruggetrokken omdat hij zijn ouders niet ook lastig wilde vallen met alle zorgen die ze al hadden. De opluchting toen hij hoorde dat dat gevaar er absoluut niet meer was, maakte dat zelfs ik een brok in de keel kreeg.

Ouders hebben een ingewikkelde taak om in de omstandigheden met een ziek kind, hun gezin draaiende te houden en oog te houden voor alle kinderen. Daarbij moeten ze de ruis van de eetstoornis zien uit te filteren en aandacht hebben voor de emotionele onderlaag. Dat is echt een opvoedingstaak. Neem daarnaast nog verantwoordelijkheden rondom werk en huishouden. Waar blijf je dan zelf als ouder?

ouders

Daarom gun ik alle ouders toe dat ze, al is het maar een half uur, tijd vrij maken om voor zichzelf te zorgen. Het klinkt oubollig, en het spreekwoord klopt: Je kunt pas voor anderen zorgen als je eerst goed voor jezelf zorgt! Ik wens alle ouders en gezinnen toe dat ze hierbij een helpende hand krijgen.

En wanneer dan de berichten terugkomen, dat er gekibbeld wordt over afwas, opruimen en computer, dan word ik stiekem vrolijk en denk: het gewone leven komt weer binnen, yess!

3 tips voor deze week:
1. Blijf de gezinsregels handhaven zoals je die altijd hanteerde. Dus pas je niet aan aan de eetstoornis, maar ga op zoek hoe je dochter/zoon de dingen rondom de eetstoornis kan gaan aanpassen aan het gezin op zo'n manier dat het hanteerbaar is!
2. Maak tijd vrij voor de andere kinderen
3. Ben je broer of zus? Trek aan de bel over hoe het met jou gaat. Ouders zijn prima in staat om er voor alle kinderen te zijn. Ze hebben je wel nodig om die balans te kunnen vinden. Zeg hoe het met jou gaat, wat het met jou doet. Echt, uiteindelijk ga je je er beter door voelen, je ouders ook.

 

Gerelateerde blogposts

Reacties

Chantal - Zondag 15 april 2012 18:48
Als broers en zussen kibbelen is dat juist goed. Hierdoor leren ze zich voor zichzelf opkomen! Ik doe de opleiding SAW richting PW. Ik loop stage op een BSO en als kinderen ruzie hebben laat ik ze eerst ruzie maken en zien of ze het zelf kunnen oplossen. ( natuurlijk niet als ze elkaar in de haren vliegen :P) maar kibbelen is dus echt wel ergens goed voor :)